Categorieën
pers

Stressmanagement – Meetbare stress wijkt voor groter competentie

Europese richtlijnen, wetenschappelijk onderzoek en de toetsing met de praktijk stuwen het stressmanagement richting objectivering. Het fenomeen stress wordt steeds beter meetbaar, wat de remedies meer resultaatgericht zal maken. Wie de weerslag van stress op de competenties inziet, kan de ontwikkeling van die laatste aangrijpen om zelfs veel meer te doen dan stress te bestrijden en te voorkomen.

Door de Europese richtlijn over de psychosociale factoren raakte onder meer ook stress opgenomen als een factor in de nieuwe Welzijnswet in ons land, die op haar beurt een stuk uitvoering is van een Europese richtlijn. Deze wetgevende ontwikkelingen zijn niet onbelangrijk voor de manier waarop voortaan met stressmanagement zal worden omgegaan. “Aan het woord is dr. psycholoog Sim Moors, hoofdauteur van het boek ‘Stress & Werk: oorsprong en aanpak’ uit 1994, waarin twaalf deskundigen uit de Benelux en Frankrijk hun onderzoeksbevindingen en ervaringen met de problematiek van stress op het werk bundelden. Het boek werd een referentiewerk in de materie. Sim Moors, de administrateur generaal a.i. van het Nationaal Onderzoeksinstituut voor Arbeidsomstandigheden (NOVA), volgt de ontwikkeling inzake stress op de voet en hij verklaart waarom de wetgevende initiatieven zoveel impact zullen hebben.

De queeste naar vergelijkbaarheid

De nieuwe Welzijnswet legt de nadruk op de risicoanalyse. Dit gaat meestal gepaard met vragenlijstonderzoek, wat dan ook in omvang en belang zal toenemen. Vooral de vragenlijsten met een ernstig referentiebestand zullen aan belang winnen. Zij raken stilaan gestandaardiseerd. Om te weten of de geboekte scores hoog of laag zijn, bestaan er immers geen absolute normen, maar moet men kunnen vergelijken met scores elders, hoe meer hoe betrouwbaarder. Tot nog toe gebeurde het vaak dat men uit bestaande vragenlijsten de meest toepasselijk geachte delen overnam om zo een zeer eigen onderzoek uit te voeren, maar het nadeel daarvan is dat de resultaten aan niets te toetsen zijn.”

Inmiddels zijn er steeds meer goede gestandaardiseerde vragenlijsten. Namen als Spielberg en VOS-D circuleren al langer, maar een recentere lijkt het neusje van de zalm, met name de Nederlandse VBBA-lijst. Sim Moors hierover: “Deze lijst heeft zeer goede psychotechnische kwaliteiten en bevat uitstekende metrische instrumenten.” In België werkt de VZW Quest met deze Vragenlijst Beleving en Beoordeling van de Arbeid (VBBA). Een paar Nederlandse deskundigen stelden hem op punt om er de psychosociale factoren en stress in de werkomgeving mee te onderzoeken.

Leren stress verkopen

De vragenlijst wordt in Nederland naar verluidt op grote schaal gebruikt en zou zeer betrouwbare en bruikbare resultaten opleveren. De VBBA steunt op een gegevensbank met zeer veel vergelijkingsmateriaal en op een grondige inventarisatie van een vijftigtal veel gebruikte instrumenten in de Verenigde Staten, Scandinavië, Duitsland en Nederland. De vragenlijst spitst zich toe op de kenmerken van het werk, de werkorganisatie en relaties op het werk, de arbeidsvoorwaarden en de werkstress. De antwoorden erop geven aan welke aspecten in de arbeid en organisatie verbetering kunnen gebruiken. De resultaten zijn dus adviezen om knelpunten, verzuim en verminderd functioneren in de arbeidssituatie aan te pakken.

Quest geeft een opleiding waarin enquêteurs niet alleen leren hoe ze best de vragen aanbrengen en de antwoorden invullen, maar ook hoe ze de resultaten kunnen interpreteren én ze ‘verkopen’ aan de verantwoordelijken die er lessen uit moeten trekken. De VBBA-gebruiker leert ook de resultaten aanvaardbaar voorleggen en ze als een project voorstellen door er meteen suggesties voor oplossingen aan te koppelen. Het VBBA-gebruik vergt ook voorbereiding. Uit een algemene bedrijfsverkenning zal blijken of de vragenlijst naar de hele organisatie moet of slechts naar een deel ervan, hoe men de enquête logistiek op het getouw zet, of dit wel het geschikte instrument is en of er geen valse verwachtingen worden geschapen.

Beleidsinstrument in de dop

De privévereniging Quest voert de ingevulde vragenlijsten elektronisch in. Zij interpreteert de onderzoeksresultaten en toetst deze aan de normgroep en het landelijk referentiebestand. De vereniging begeleidt ook interpretatieconsulenten en verwerkt de gegevens statistisch. Quest huurt niet toevallig kantoorruimte in het gebouw van het Nationaal Onderzoeksinstituut Voor Arbeidsomstandigheden (NOVA), waarmee ze samen het landelijk referentiebestand beheert. Sim Moors verwondert het niet dat zulke privé-initiatieven nu van de grond komen en hij steunt ze moreel. Stilaan bouwt NOVA met de VBBA-resultaten ook een eigen gegevensbestand uit (naast het al rijke Nederlandse bestand) om ook hier allerhande toetsingen mogelijk te maken. Voor NOVA kan er zo een beleidsinstrument ontstaan. Het instituut wil dan ook gerust met andere partners samenwerken om met even degelijke vragenlijsten het gegevensbestand aan te vullen. Hoe meer men meet, hoe meer men weet. Zo krijgt ook de wereld van het personeelsbeleid bruikbare instrumenten.

“Naarmate de inzichten in het geheel van stressgerelateerde mechanismen groeien, ontdekken we steeds duidelijker dat de stressfactoren ook de elementen zijn die een slechte organisatie veroorzaken,” stelt Sim Moors vast. Hij ziet een vicieuze spiraal ontstaan tussen beide facetten van in feite één probleem. Een goede organisatie is er één met weinig of geen overbelasting van de medewerkers. Die interactie zal het management moeten inzien, meent Moors. Is het dan dweilen met de kraan open, als men stress alleen aanpakt en de slechte organisatie ongemoeid laat? Sim Moors: “Een goede stressaanpak zal de organisatie ook wel ten goede komen.”

Zie de inefficiëntie

Dr. Paul Koeck denkt er net zo over. Deze deskundige zette zijn ervaringen in stressbegeleiding – een begrip dat altijd probleemconnotaties oproept – om tot een model voor competentiebeheer. Want negatieve stress tast de competenties aan, maar positieve stress kan deze in een stroomversnelling brengen. Een van zijn vuistregels om stress op te sporen luidt: let op chaos en inefficiëntie. Naast de fysisch en psychische signalen zoals hartkloppingen, maagzweren, ongewone bitsigheid of emotionaliteit zijn concentratieverlies en wanorde tekenen aan de wand.
De problemen verhelpen doet men volgens Paul Koeck vaak best niet door mensen met de neus op een stressprobleem te drukken, maar door de ontwikkeling van hun competenties aan te pakken. “Dat is de grootste hefboom om negatieve stress om te buigen tot positieve,” meent hij. “De keuze om niet aan de stress te werken, neemt op zich al stress weg, want het voorkomt negatieve beelden. Stressbegeleiding werkt in feite door zijn benaming vaak al stressverhogend.”

Verschenen in PERSONEEL & ORGANISATIE

Categorieën
pers

Overspannen, uitgeput, opgebrand. Interview met Libelle over burn-out

Een burn-out: vaak breekt het pas goed uit in je langverwachte vakantie, waar je je zo moeizaam naartoe hebt gesleept. Juist nu de boog niet langer gespannen hoeft te staan, merk je dat je niet meer tot rust kunt komen, niet meer kunt genieten. Het is op.

Raakt u ’s morgens moeilijk uit bed? Moet u zich elke dag weer naar uw werk slepen? Leeft u van weekend naar weekend, van vakantie naar vakantie? Bent u vaak moe en emotioneel labieler dan vroeger? Zit u voordurend te piekeren? Kunt u zich moeilijk ontspannen? Als u op al deze vragen ‘ja’ antwoordde, kunt u beter even verderlezen. Misschien stevent u wel af op een burn-out, een vorm van psychische vermoeidheid waaraan tegenwoordig zo’n 10% van alle werknemers zou lijden.

Gevaarlijk: het gevoel dat je de controle verliest

Natuurlijk, iedereen heeft wel eens een slechte dag. Maar mensen die kampen met een burn-out voelen zich voordurend ongelukkig in hun job. Ziek van te hard werken? Niet helemaal. Burn-out heeft minder te maken met te veel werk dan met de maniér waarop je werkt. Uiteraard spelen de uren die je presteert, de werkdruk en de waardering voor je werk een rol. Vooral het gebrek aan ‘gevoel van controle’ is vaak doorslaggevend, het gevoel dat je de touwtjes niet meer in handen hebt. Wanneer wordt werken ongezond?

Paul Koeck, stressmanager en hoofd van het Centrum voor Stressbegeleiding: “Positieve stress is gezond. Bij negatieve stress krijg je het gevoel dat je de controle verliest. En dan gaat het fout. In plaats van oplossingen zie je overal problemen. Uitdagingen worden torenhoge hindernissen. Je hebt voordurend het gevoel dat het zal mislukken.” Burn-out ontstaat door langdurige negatieve stress en uitzichtloosheid. Net als heel wat andere aandoeningen uit ‘stress-familie’. Paul Koeck: “Ik plak niet graag etiketten zoals ‘overspannen’, burn-out’ of ‘depressie’, want die kunnen stressgevoelens nog verergeren. Vaak is de persoon in kwestie opgelucht dat hij of zij weet wat er aan de hand is, dat is zo. Maar zo’n etiket kan ook een bevestigend effect hebben. Mensen kunnen zich ‘settelen’ in de diagnose: ‘zie je wel, ik kan er niets aan doen’. Je zorgen maken, is nog een factor die de stress verhoogt. Eigenlijk gaat het vooral om de manier waarop je iets bekijkt. Dat heeft ook te maken met het stresshormoon adrenaline. Te veel adrenaline in het bloed roept negatieve herinneringen op. Onder negatieve stress herinner je je dan ook enkel nog negatieve dingen. Helder denken lukt niet meer, waardoor je geen oplossingen meer vindt voor problemen. En je neemt slechte beslissingen, waardoor de druk alleen maar groter wordt. Uiteindelijk kom je terecht in een vicieuze cirkel en je zakt steeds dieper weg.

Als je jezelf wegcijfert, als je te veel moet van jezelf

Burn-out steekt niet van vandaag op morgen de kop op. Het groeit geleidelijk door een langdurige negatieve werkstress. Ook heeft de ene persoon er sneller last van dan de andere. Bestaat er zoiets als een burn-outpersoonlijkheid? Paul Koeck: “Mensen die zichzelf wegcijferen, weinig assertief zijn en zich bovendien snel laten opzadelen met schuldgevoelens, lopen inderdaad meer risico. Vaak gaat het ook om idealisten en perfectionisten. Ze doen hun job vanuit een innerlijke overtuiging en ze willen hun werk goed doen. Daardoor stellen ze te hoge eisen aan zichzelf. Burn-out komt ook vaker voor bij verpleegkundigen. Zij kiezen vaak voor hun job uit een sociale bewogenheid: ze willen andere mensen helpen. Maar als er veel administratieve taken bijkomen, wordt het soms gewoon te véél…. Ook onderwijzers zijn erg geefgezind. Maar ze worden vaak gepest en getest, waardoor de druk stijgt. De hele problematiek rond drugs op school en de veranderde mentaliteit van de jeugd, dragen ook hun steentje bij…. Uiteraard is naastenliefde een prima eigenschap, maar een gezonde dosis eigenliefde kan zeker ook geen kwaad.”

We staan voordurend voor nieuwe uitdagingen

Stressaandoeningen komen steeds vaker voor, en iedereen kan er het slachtoffer van worden. Het is een teken van deze tijd. Onze maatschappij is voortdurend in beweging. De nieuwe technologie evolueert razendsnel. Voor veel mensen gaat het gewoon té snel. Sommige bedrijven hebben een bedrijfspsycholoog in dienst om werknemers persoonlijk te begeleiden of te ‘coachen’. Maar dat is lang niet overal het geval. Paul Koeck: “Mensen zoeken stabiliteit, veel meer dan verandering. Voorbeelden zijn er genoeg. Je kiest een partner met wie je het liefst de rest van je leven deelt, je sticht samen een gezin…. Aan de andere kant zijn de professionele werkelijkheid én toekomst nog nooit zo onzeker geweest, door de toenemende internationalisering, fusies, de druk van de concurrentie…. We staan voortdurend voor nieuwe uitdagingen en daar moeten we mee leren omgaan. Dat is niet evident. We kúnnen de dingen niet langer voor honderd procent onder controle hebben. De oplossing? Probeer het er gewoon zo goed mogelijk van af te brengen. Om in deze maatschappij te overleven, moet je ook een goede manager zijn van jezelf. Je moet zelf het initiatief van je leven in handen nemen. Zelf de touwtjes in handen proberen te houden. Wie daarin slaagt, loopt al veel minder kans op burn-out.

De signalen herkennen, hoe sneller hoe beter!

Burn-out is geen ziekte die plotseling uit het niets opduikt. Er zijn signalen die het ontstaan ervan aankondigen. Vaak gaat het om allerlei vake klachten zoals vermoeidheid, hartkloppingen, lusteloosheid…. Als je die alarmsignalen tijdig herkent, kun je erger voorkomen. Paul Koeck: “Ook als je alles zwart ziet, gaat het de verkeerde kant uit. Als je bij het minste en geringste in tranen uitbarst. Of als je je zelfs over de kleinste dingen opwindt.” Dingen op lange baan schuiven, kan ook een teken zijn. Of omgekeerd: hard doorwerken, omdat je denkt dat je er dan wel weer bovenop komt. Maar vaak kun je hoofd- en bijzaken niet meer van elkaar gescheiden houden, zodat alles even belangrijk lijkt. Alles maar de boel laten, lukt je niet. Eerst nog snel-snel dit afwerken…. Paul Koeck: “De pijn wordt groter. Je wilt er sneller uit raken en je neemt steeds grotere stappen. Terwijl je net moet leren die grote stappen te vervangen door kleine stapjes.”

Soms lost het zichzelf op, soms niet…

Vaak lossen de problemen zichzelf op, door een toevallig goed gesprek met een vriend, bijvoorbeeld. Of je kunt iets meemaken waardoor je een nieuwe kijk krijgt op de dingen. Ook in een boek kun je jezelf herkennen. Alleen als de problemen blijven aanslepen – en zodra je het gevoel krijgt dat je in een vicieuze cirkel terechtkomt – kun je beter professionele hulp zoeken. Paul Koeck: “Mensen hebben het vaak moeilijk om toe te geven dat ze het niet meer aankunnen. ‘Ik ben toch niet gek, zeker’, hoor je dan. Natuurlijk niet. Vaak komt het er gewoon op neer om juist die ‘switch’ te vinden, waardoor je opnieuw hoopvol naar jezelf kunt kijken. We willen mensen ook leren om zélf oplossingen te vinden voor hun problemen. In tachtig procent van de gevallen slagen we daarin na gemiddeld vijf tot zes gesprekken. We stellen vragen als: ‘Wat was het ook alweer waardoor u zich vorige week wat beter voelde? Een weekendje in het groen? Een gesprek met een goede vriend?’ Als iets helpt, doe dat dan vaker. Klamp je daaraan vast. Probeer kapstokken te vinden. Zo kun je die vicieuze cirkel doorbreken.”

Je zou het ook positief kunnen bekijken

Belangrijk in de stap naar genezing, is dus anders leren denken: de problemen bekijken in een ander kader, in een nieuw perspectief. Paul Koeck: “Mensen hebben altijd twee verhalen. Vaak is het eerste verhaal er één van uitzichtloosheid: het gaat niet meer, ik zie het niet meer zitten. Het probleemverhaal. Want zo gaat het bij een burn-out: het lijkt wel alsof je er altijd last van hebt. Maar in sommige dingen schep je wél plezier. Alleen heb je de neiging om een burn-outervaring te veralgemenen. Je moet dus ook de andere kant van het verhaal zoeken. Vaak is het een kwestie van interpretatie. Als iets niet meteen lukt, kun je jezelf zien als een mislukkeling, maar ook als een doorzetter.

En als je tóch ’n verkeerde keuze hebt gemaakt?

Paul Koeck: “Soms is een andere job inderdaad de enige oplossing. Maar neem die beslissing nooit overhaast. Geef niet halsoverkop je ontslag, kijk liever voorzichtig uit naar een nieuwe baan. En vooral, probeer eerst voor jezelf uit te maken wat je eigenlijk wilt. Maak een plan op van je eigen leven. Waar sta ik? Wat wil ik bereiken? Wat vind ik belangrijk? Hoe wil ik werk en gezin combineren? En overloop die vragen elk jaar opnieuw. Door op tijd na te denken, kun je ook tijdig bijsturen.”

Liever voorkomen…
10 TIPS

  1. Leer nee zeggen. Hebt u zich laten overrompelen? U kunt altijd ergens op terugkomen.
  2. Stel prioriteiten en doe vervolgens één ding tegelijk. Rust even als u iets hebt afgewerkt.
  3. Neem altijd voldoende middagpauze.
  4. Let op de alarmsignalen. Luister naar uw lichaam en grijp op tijd in.
  5. Top niet, maar doe. Piekeren helpt u niet vooruit; vat de koe bij de horens.
  6. Leg de lat niet te hoog. Het hoeft niet altijd perfect te zijn, middelmatig mag ook wel eens.
  7. Laat de anderen niet over u oordelen. Aanvaard uzelf, met uw mindere kantjes.
  8. Luister naar uw gevoel. Probeer te achterhalen waar u zelf warm voor loopt en waar u goed in bent. Vraag u regelmatig af wat echt telt in uw leven.
  9. Bouw een sociaal vangnet uit. Investeer in een aantal goede vrienden en in een sociaal leven. Investeer ook in de relatie met uw partner.
  10. Wacht niet te lang: zoek hulp voor het te laat is. Hoe dieper u wegzakt, hoe langer het duurt voor u er weer bovenop bent.

Journaliste Annegreet van Bergen schreef een boek over burn-out:
“Ik was dus ziek. ‘Ziek’ was een soort geuzennaam voor alle narigheid die me overkwam. ‘Ziek’ was de neutrale noemer waaronder ik al die ellende kon plaatsen zonder dat ik die ziekte nader hoefde te benoemen en bijvoorbeeld zou moeten kiezen uit termen als oververmoeidheid, overbelasting, overspannenheid, overwerktheid of burn-out. Tegenwoordig spreek ik kortweg van burn-out, maar wat maakt het uit welke naam je het geeft? Dat heb ik van mijn psychiater geleerd. Toen ik een paar maanden in therapie was, vroeg ik haar hoe het precies heette wat ik mankeerde. Ze antwoordde dat er minstens twintig termen voor bestonden die elkaar in betekenis weinig ontliepen. Haar diagnose klonk niet erg wetenschappelijk, maar het was een rake typering die aan duidelijkheid niets te wensen overliet: ‘Je bent op. Helemaal oppeldepop.’ … Maanden, nee al jaren, had ik naar oplossingen gezocht hoe ik mijn onrust, mijn slapeloosheid en groeiende vermoeidheid te lijf kon gaan. Ik was meer volkorenproducten gaan eten, plus noten, zaden, bananen en avocado’s, omdat ik gelezen had dat die producten extra gezond zijn voor mensen die last van stress of vermoeidheid hebben. Deze superfoods hebben me beslist geen kwaad gedaan, maar ze boden onvoldoende tegenwicht voor voortdurend leven in opperste staat van paraatheid. … ‘Snel beter worden hoefde niet voor mij’, hield ik mezelf toen voor. ‘Ik wilde vooral goed beter worden’. Want één keer opgebrand raken vond ik niet stom, maar ik had geen zin een tweede keer dezelfde fout te maken. ‘Het is niet erg als je valt, het is veel erger als je blijft liggen’, zei een vriend toen ik die zomer onderuitging. Ik was het helemaal met hem eens, maar ik had geen idee dat ik nog tijden op apegapen zou liggen en dat het bijna een jaar zou duren eer ik weer opgekrabbeld was.”
Uit ‘De lessen van burn-out. Hoe word je er beter van? Een persoonlijk verhaal’. Door Annegreet van Bergen.

Isabelle (36): “Ik wilde bewijzen dat ik het allemaal aankon.
Dat ik mijn alleenstaande-moederschap met een carrière kon combineren”

Isabelle is gescheiden, heeft een dochter van elf en is maatschappelijk werkster in een opvanghuis voor volwassenen. “Mijn ex-man heeft me in de steek gelaten toen Nora, ons dochtertje, amper een jaar oud was. Vanaf dat moment stond ik er alleen voor. En ik ben er tegenaan gegaan. Dat is niet de enige oorzaak van mijn instorting, maar het heeft zeker meegespeeld. En natuurlijk zit mijn aard er ook voor iets tussen: ik ben gedreven, perfectionistisch, wil alles goed doen. Kan moeilijk nee zeggen ook. Dus werd ik hoofd van de afdeling, toen ze me dat vroegen. Ik ging cursussen volgen als dat nodig was voor mijn werk, en lezingen geven. Ik werkte mee aan onderzoeken en schreef rapporten. En ik had op den duur geen privéleven meer. Waarom zou ik? Ik was toch alleen, met mijn kind. Dus offerde ik mijn eigen vakanties op om met de bewoners van het opvanghuis een reisje te maken, en nam Nora gewoon mee. Ook kerst en oudejaar vierden we in het tehuis. Wel gezellig, en tussendoor kon ik nog een klusje afmaken of wat opruimen op mijn kantoor. Ik had niet eens in de gaten hoe verkeerd ik bezig was. En ik vond mijn collega’s die kloegen over werkdruk en werklast maar slappelingen. Tot ik regelmatig last kreeg van vermoeidheid, rugpijn, benauwdheid. Ik merkte ook dat ik op het werk nergens meer enthousiast over kon zijn, dat ik vreselijk opzag tegen alles wat vroeger een uitdaging was geweest, dat ik geen energie meer had. Maar ik dacht: binnenkort neem ik eens een weekje vrij, ga lekker met Nora aan zee uitwaaien, en dan gaat het wel weer. Die week aan de kust ben ik volledig ingestort, lichamelijk en geestelijk. Ik raakte op een ochtend zelfs niet meer uit bed. En nu ben ik thuis, en de huisartsheeft me twee maanden rust voorgeschreven. Twee maanden! En ik, die mezelf altijd zo onmisbaar heb gevoeld, moet nu toegeven dat ze het op het werk wel redden zonder mij. Gelukkig maar, want ik kan niet meer, ik ben op. Of ik al dan niet weer aan de slag ga? Daar kan ik nog niet op antwoorden. Ik wil eindelijk eerlijk zijn met mezelf, en moet dus toegeven dat het wellicht nog een hele tijd zal duren voor ik weer de oude ben. Het is geen kwestie van eens goed uitslapen, of vakantie nemen. Het gaat dieper, dat voel ik nu. Ik heb jarenlang al mijn energie opgebruikt, en moet er nu voor zorgen dat ik weer opgeladen word. Ik moet iets zoeken dat goed voor me is, want ik heb veel te lang niet goed voor mezelf gezorgd.”

Ligt de burn-out op de loer?
TEST UZELF

  • Legt u de lat vaak hoog?
  • Vindt u zichzelf een perfectionist?
  • Kunt u moeilijk nee zeggen?
  • Slaat u wel eens een middagpauze over?
  • Vergeet u wel eens wat?
  • Voelt u zich vaak moe?
  • Hebt u vaak hoofdpijn?
  • Kunt u zich moeilijk concentreren?
  • Lukt genieten steeds minder?
  • Piekert u vaak over uw werk?
  • Gaat u met tegenzin naar uw werk?
  • Staat u op punt de pedalen te verliezen
  • Kunt u maar weinig verdragen?
  • Voelt u zich ‘op’?
  • Verveelt uw werk u?
  • Bent u vaker ziek dan vroeger?
  • Hebt u nergens nog zin in?
  • Kijkt u in uw vrije tijd vooral tv?
  • Drinkt of rookt u meer dan vroeger?

Als u bij deze vragen veelal ‘ja’ zat te knikken, is de kans groot dat u afstevent op een burn-out. Misschien kunt u beter even gaan praten met uw huisarts.

Download het volledig artikel: (pdf) Overspannen, uitgeput, opgebrand & burn-out

Categorieën
pers

Stress, iedereen heeft er wel eens last van

Stress kan positief zijn.

Voor alles wat we doen, voor iedere activiteit, zowel lichamelijk als geestelijk, hebben we stress nodig. In principe brengt dus elke verandering in het dagelijkse leven stress met zich mee. Verwerk je de veranderingen goed, dan geeft die opwinding een positieve stress. Die positieve stressvorm geef je dan weer kracht

Maar ook negatief.

Stress wordt pas ongezond als de gespannen situatie, om wat voor reden ook, te lang aanhoudt. Ze kan dan lichamelijke klachten veroorzaken. En die klachten kunnen soms ernstige gevolgen hebben. Stress bestaat dus niet alleen in de verbeelding, zoals wel eens wordt gedacht, maar is ook een puur lichamelijke reactie. Het centrum in je hersenen dat emoties verwerkt, de hypothalamus, reageert als eerste op stresssituaties. Dan wordt de hypofyse, een klein bolletje onder aan de hersenen, gealarmeerd. De hypofyse produceert vervolgens een pijnstillende stof en een hormoon dat de bijnieren aanzet tot de productie van de stresshormonen. Die versnellen dan ondermeer je ademhaling en het kloppen van je hart. Ze vergroten de bloed- en zuurstoftoevoer en ze verhogen eveneens het suikergehalte in het bloed. Ideaal om op korte termijn uit de problemen te komen, maar nefast voor het lichaam als die toestand langer blijft duren.

Alarmsymptomen

Als je meerdere van deze symptomen vertoont, is het toch echt wel tijd om aan de alarmbel te trekken en er iets aan te doen:

  • verstoord slaappatroon
  • vermoeidheid
  • lusteloosheid
  • piekeren
  • hoofdpijn en pijn in de nek
  • duizeligheid
  • ongeduld
  • snel geïrriteerd zijn
  • stemmingsschommelingen
  • werkobsessie
  • verminderde eetlust
  • minder scherp concentratie vermogen
  • verlies van zelfvertrouwen
  • geen zin in vrijen

SOS Stress

Omdat stress toch een veel voorkomende kwaal is; schreef de GVO-dienst van de Onafhankelijke Ziekenfondsen een brochure over stress. Daarin kan je lezen: Wat zijn de oorzaken van stress? Wanneer is stress positief en wanneer negatief? Hoe tijdig stress herkennen? Welke remedies zijn er mogelijk? Je vindt er dus een heleboel praktische raadgevingen en aanbevelingen in om stress met succes te bestrijden. Die folder kan je gratis aanvragen bij:
GVO
Onafhankelijke Mutualiteiten
Sint-Huibrechtsstraat 19,
1150 Brussel.
Tel: 02/778 92 11,
fax: 02/778 94 08,
E-mail: gvo@mloz.be.
Er bestaat ook een centrum voor Stressbegeleiding, tel: 03-237 99 98.

Leadership Coaching based on your Self-Coaching Program

10 anti-stress tips

  • Leer nee zeggen. Heb je je toch laten overrompelen? Je kan altijd ergens op terugkomen.
  • Stel prioriteiten en doe vervolgens één ding tegelijk. Rust even als je iets hebt afgewerkt.
  • Neem af en toe de tijd om gewoon wat rond te lummelen en tijd te verliezen. Neem zeker de tijd om te genieten van je maaltijden.
  • Let op de alarmsignalen. Luister naar je lichaam en grijp op tijd in.
  • Tob niet, maar doe. Piekeren help je niet vooruit: vat de koe bij de horens.
  • Leg de lat niet te hoog. Het hoeft niet altijd perfect te zijn, middelmatig mag ook wel eens.
  • Laat anderen niet over je oordelen. Aanvaard jezelf, mét je mindere kantjes.
  • Luister naar je gevoel. Probeer te achterhalen waar je zelf warm van loopt en waar je goed in bent. Vraag je regelmatig af wat echt telt in het leven.
  • Bouw een sociaal vangnet uit. Investeer in een aantal goede vrienden en in een sociaal leven. Investeer ook in de relatie met je partner.
  • Wacht niet te lang: zoek hulp voor het te laat is. Hoe dieper je wegzakt, hoe langer het duurt voor je er weer bovenop bent.
Categorieën
pers

Blijf digitale stress de baas!

Wordt u soms horendol van die eindeloze stroom e-mails?

Of slaat u tilt als de telefoon en gsm tegelijk rinkelen?

Dan lijdt u aan de allernieuwste ziekte: digitale stress!

Dat de gsm een fantastische uitvinding is, zal (bijna) niemand ontkennen. Door dit kleinood kunnen we altijd en overal telefoneren. Handig als u wegens een file niet op tijd zult zijn voor uw afspraak, of als u in de supermarkt graag even met het thuisfront wil overleggen voor het avondeten. Doordat we voortdurend bereikbaar zijn voor de buitenwereld, missen we bovendien geen enkele interessante uitnodiging.

Ook de komst van e-mail heeft ons leven een stuk makkelijker gemaakt. Een e-mail gaat sneller dan een brief, is discreter dan een telefoontje en persoonlijker dan een fax. Maar helaas brengen deze hoogtechnologische snufjes niet alleen comfort met zich mee. De komst van de gsm en e-mail versnelt namelijk ook het levensritme, wat voor sommige mensen wel eens resulteert in een opgejaagd gevoel. Soms worden we zó overstelpt door e-mailberichten dat we niet meer weten wat we het eerst moeten bekijken. Als u op uw werk dan ook nog voortdurend wordt opgebeld op uw gsm, moet u iedere keer stoppen waar u mee bezig bent. En dat kan behoorlijk wat stress veroorzaken.

‘Wordt geen elektronica-slaaf! U hoeft niet altijd bereikbaar te zijn op uw gsm.
Ook e-mails kunt u rustig laten wachten tot het geschikte moment.’

Als u door het bos de bomen niet meer ziet…

Natuurlijk heeft niet iedereen die veel mails ontvangt of vaak wordt opgebeld, last van digitale stress. Hoe kunnen we de slachtoffers van de moderne technologie herkennen? Hoe weet u of uw stress misschien van digitale oorsprong is?

Paul Koeck, arts en stressbegeleider, geeft cursussen over ‘stress door e-mail en gsm’ en is dus specialist ter zake. “Als u er maar niet in slaagt om uw mailbox leeg te maken, als u uw mailtjes naar huis begint door te sturen, of ze uitprint om ze ’s avonds thuis rustig te kunnen lezen, hebt u waarschijnlijk last van digitale stress. Bent u gemakkelijk afgeleid door een binnenkomende mail of bent u de draad van uw bezigheden even kwijt telkens als uw werkritme wordt onderbroken door telefoontjes? Ook dat is een symptoom van digitale stress. Net als bij gewone stress, kunt u door digitale stress minder helder denken en minder efficiënt werken. Soms voelt u zich bang en onzeker. U hebt het gevoel dat de wereld u overvalt, dat u de controle op uw omgeving verliest. Door het teveel aan communicatie – de zondvloed van e-mails, de talloze telefoontjes – raakt u in de war en verliest u zich in de details. U werkt niets meer af omdat u bij iedere werkonderbreking niet meer weet wat u nu weer het eerst moet of wilt doen. Vertwijfeld vraagt u zichzelf af: eerst deze mail beantwoorden, de papieren in orde brengen naar aanleiding van dat laatste telefoontje of uw ‘te-doen-lijst’ verder afwerken? Stel u even voor dat u voor elk binnenkomend telefoontje of ontvangen e-mail en plaknotitie op uw bureau zou plakken. Het duurt echt niet lang voor u niet meer weet welke notitie belangrijk was en eerst moest worden afgehandeld.

In de arbeidspsychologie hebben we trouwens een term voor mensen die niet meer efficiënt kunnen werken doordat ze niet langer het bos door de bomen kunnen zien: ‘presenteïsme’. De werknemer is lichamelijk wel aanwezig, maar zijn geest werkt niet zo helder als het hoort. Wie dit soort stress niet aanpakt, komt in een vicieuze cirkel terecht. Door stress bent u immers minder goed in staat om grenzen te trekken en uw tijd logisch in te delen, en kunt u nog moeilijk ‘nee’ zeggen. Dit zijn net de vaardigheden die u nodig hebt om uw werk opnieuw in handen te nemen.

Gsm-stress? Kies uw ‘bereikbare’ uren

Een gsm op zak? Makkelijk, want u bent altijd bereikbaar. Helaas ook op momenten dat u dat liever niet bent. Om het even wat u aan het doen bent, het gerinkel van uw gsm kan u er hinderlijk bij storen. Maak daarom met gezond verstand gebruik van uw mobiele telefoon.

  • Hoe meer u zelf het heft in handen neemt en controle over de situatie krijgt, hoe minder stress. Bepaal zélf wanneer u gestoord wil worden en wanneer u niet beschikbaar bent. Schakel uw gsm bijvoorbeeld nu en dan een uur uit. Of neem de gewoonte om uw gsm uit te schakelen als u werkt – of juist als u niét werkt. Belangrijk is wel dat u in uw boodschap op het antwoordapparaat vermeldt wanneer u wel bereikbaar bent. Bijvoorbeeld: ‘ik ben elke ochtend telefonisch bereikbaar tussen 9 en 10 uur’. Als u dan effectief een uur lang uw telefonische boodschappen beantwoordt, zullen uw contactpersonen dat vrij snel weten en u de rest van de dag minder vaak storen. Uw gsm gewoon uitschakelen is vaak geen oplossing, omdat u dan vaker op uw privénummer wordt opgebeld.
  • Bent u met een dringende job bezig. Laat uw gsm rinkelen en beluister uw mailbox zodra u vrij bent.

Mailbox-stress? Filteren, sorteren, groeperen!

U hebt het vast ook al meegemaakt: u komt terug uit vakantie en u vindt meer dan 300 berichten in uw mailbox. De digitale stress slaat toe. Hoe werkt u deze mails het efficiëntste weg? Hoe verliest u zo weinig mogelijk tijd met het beantwoorden van al die elektronische post?

  • Stel prioriteiten: welke mails zijn belangrijk, welke niet? Alles tegelijk doen, dat kan nu eenmaal niet.
  • Probeer uw mails te filteren, bijvoorbeeld door alle e-mails die u als ‘CC’ (conforme copy) worden doorgestuurd, in een andere map te laten arriveren, zodat u onmiddellijk ziet welke mails rechtstreeks aan u zijn gericht. Zogenoemde junkmail (nutteloze mails, reclame, ongevraagde grapjes, …) vermijdt u ook met een filter.
  • Misschien ontvangt u van een bepaald iemand vaak mails waar u absoluut geen boodschap aan hebt. Vraag hem/haar dan, u dat soort mails niet langer te sturen.
  • Doseer uw ‘mail-tijd’. Bepaal van tevoren hoeveel tijd u wil spenderen aan het lezen en beantwoorden van mails. En bouw er een vast tijdsblok voor in: bijvoorbeeld, elke voormiddag van 10 tot 11 uur.
  • Als u uw mailbox opent telkens het envelopje begint te knipperen, laat u uw werkritme voortdurend verstoren en moet u uw aandacht teveel verdelen. Open dus uw mailbox enkel op gezette tijden, die u zelf bepaalt. Bijvoorbeeld, ’s morgens voor u begint te werken, net na de lunch en een kwartiertje voor uw werkdag erop zit. U zult er versteld van staan hoeveel werktijd u er op die manier bij krijgt!
  • Bewaart u honderden mails waarvan u denkt dat u er ooit nog eens iets mee kunt doen, maar raakt u ontmoedigd omdat die lijst blijft aangroeien? Maak een map ‘te sorteren mails’. Dan begint u met een schone lei, wat psychologisch heel belangrijk is. Maak wel af en toe tijd om die map op te ruimen en zo weinig mogelijk mails over te houden.
  • Bent u geabonneerd op nieuwsbrieven. Laat ze rechtstreeks in de map ‘nieuwsbrieven’ terechtkomen.

De digitale wereld in giga-cijfers

  • Sommige marketingbureaus verwachten dat we in 2002 wereldwijd zo’n 10 triljoen e-mails zullen verzenden. In 2001 waren dat er nog ‘maar’ zowat 31 miljard, wat neerkomt op ongeveer 85 miljoen mails per dag.
  • Inmiddels hebben 6 op 7 Europeanen een mobiele telefoon, waarmee bijna 750 miljoen sms’jes per dag worden verstuurd. En elke dag worden het er nog meer. In België alleen al zouden momenteel dagelijks zo’n 9 miljoen sms’jes de wereld worden ingestuurd, wat neerkomt op 6250 per seconde!
  • In 2001 waren er in België 7.690.000 gsm’s in gebruik. Niet slecht voor een land met ruim 10 miljoen inwoners. Toch hebben niet evenveel mensen in België een mobiele telefoon. Blijkbaar vinden sommigen het handiger om over 2 gsm’s te beschikken: één voor het werk en één privé.
  • Gemiddeld zijn werknemers 49 minuten per dag zoet met het openen en beantwoorden van hun e-mails. Het grootste deel daarvan komt van collega’s. Volgens het Amerikaanse onderzoeksbureau Gartner is een derde van deze mails ‘misplaatst of nutteloos’. Zo wordt bijvoorbeeld vaak ‘bedankt’ of ‘goed ontvangen’ gemaild: overbodige boodschappen. Gebruikers zouden bijna 10 maanden van hun leven spenderen aan e-mail

Download het volledig artikel: (pdf) Blijf digitale stress de baas

 

Categorieën
pers

Stress, stress, stress! Er is wat aan te doen!

Gillend kind in de supermarkt? Overvolle agenda? Monsterfile? Even heel diep ademhalen, en dan…
Marianne over stress in haar relatie
“Steven heeft het zo druk dat hij voor niets of niemand aandacht heeft. Ik hou dit niet meer uit”

“De laatste tijd loopt de spanning thuis hoog op. Steven werkt hard aan een project op het werk, zó hard dat hij voor niets anders nog aandacht heeft. Al wekenlang loop ik op mijn lip te bijten, omdat ik weet dat hij het zo druk heeft, maar te veel is te veel. Over vier maanden wordt ons eerste kind geboren, maar het lijkt wel alsof het hem allemaal niet aangaat. Ik heb momenteel geen werk, ik voel me eenzaam en onzeker, Ik heb gewoon behoefte aan iemand met wie ik ‘s avonds kan praten. Toen ik het er gisteren totaal overstuur allemaal uitgooide. werd hij op zijn beurt boos op mij. Ik gedroeg me egoïstisch en verwend, en het was toch voor mij en de baby dat hij zich uit de naad werkte’ De verwijten vlogen heen en weer, er werd met deuren gegooid en toen werd het weer veel te stil. Ik kijk niet meer uit naar zijn thuiskomst, in tegendeel zelfs. Het enige wat ik kan denken is: hoe asociaal zal hij zich nu weer gedragen? Zal hij twee of drie zinnen tegen mij gezegd hebben tegen het eind van de avond? Nooit geweten dat nietsdoen en wachten voor zoveel stress kon zorgen…”

Marianne over stress in haar relatie
Advies voor Marianne
“Zoek zelf een klankbord en geef hem erkenning voor de drukte op zijn werk, dat neemt de druk ook gedeeltelijk bij hem weg”

Marianne heeft de neiging haar man te veranderen, maar ze merkt dat dit niet lukt. Het gevolg: nog meer stress, omdat ze voelt dat ze de controle verliest. Want daar gaat het precies om bij stress: het gevoel de controle te verliezen. Eerste belangrijke stap voor haar is uit haar slachtofferrol stappen. Hoe moeilijk het haar misschien ook valt. Maar op dit moment is het belangrijk dat ze zich opnieuw focust op de redenen waarom ze van hem is gaan houden. Zolang ze probleemgericht denkt, denkt ze krampachtig en ziet ze geen oplossingen meer. Alles wat ze zegt, zal bij haar man als een verwijt overkomen. Twee mensen die zich krampachtig gedragen, versterken elkaars onzekerheid. Het kan echter volstaan dat een van hen een stap in de goede richting zet, waardoor ook de ander eruit geraakt. Toegegeven, dat vraagt moed. Moed om opnieuw te proberen voelen wat je toen voelde, door herinneringen op te halen, door leuke anekdotes te vertellen, door om het even wat je hierbij kan helpen. Als je eenmaal dat gevoel, of op zijn minst de herinnering eraan, opnieuw vastkrijgt, dan kun je aan de slag met de manier waarop je communiceert. De boodschap mag niet zijn: ‘Jij moet veranderen’, want dat resulteert onvermijdelijk in een gevoel van controleverlies – en dus stress – bij Steven. Vergeet niet dat hij al overvraagd is op het werk, en nu blijkt dat hij thuis ook al niets goeds meer kan doen! Als Marianne Steven echter vertelt dat ze zich de laatste tijd een beetje eenzaam voelt, maar dat ze best begrijpt dat hij het ook moeilijk heeft geeft ze hem erkenning. Het resultaat? Opluchting. Ook belangrijk voor Marianne is dat ze op tijd een klankbord zoekt. Dat kan om het even wie zijn bij wie ze zich goed voelt: een vriendin, haar moeder, een zus… En ze mag tegen hen best expliciet zeggen dat ze geen concreet advies zoekt – want goedmenende vrienden staan daar soms iets te snel mee klaar – maar dat ze wel heel graag haar verhaal eens kwijt wil. Wie een stevig sociaal netwerk om zich heen weeft, zal minder snel de stap naar professionele hulp hoeven te zetten.

Eva over opvoedingsstress met haar peuter

“Als Bram zijn zin niet krijgt, slaat hij paars uit van woede. Toppunt is de beruchte supermarktscène”

“Mijn zoontje Bram van twee is een peuter met temperament en dat zullen we geweten hebben. Als hij zijn zin niet krijgt, slaat hij bijna paars uit van woede. Thuis krijgen we hem nog wel de baas, tenminste, als wij erin slagen ons rustig te houden. Vijf minuutjes afkoelen in de gang – daar kan hij niets kapotmaken – wil wel eens helpen. Erger wordt het wanneer we onder de mensen moeten komen. Een dramatische piek in opvoedkundige miserie bereiken we meestal in de supermarkt, het liefst wanneer er overal lange rijen aan de kassa’s staan. ‘Mama, snoepje hebben!’ zeurt hij. Een discrete ‘nee hoor, nu niet’ werkt averechts. ‘Snoep- je hébbéééé!’ klinkt het luider. Hem proberen te sussen dan maar. ‘Ssst, niet doen, flink zijn, even wachten, als je nu even flink bent, krijg je straks een koekje’, en meer van die dingen. Olie op het vuur! Het gekrijs wordt steeds luider, hij probeert zich uit het stoeltje te wurmen en zonder dat je het wilt, zorg je voor gratis straattoneel voor de omstanders. Probeer je hem gewoon mondeling te sussen en zachtjes terug te duwen, dan krijg je boze blikken die zeggen: ‘Verdorie, als het mijne kleine zou zijn…!’ Word je ruwer en bozer en verhef je je stem, dan krijg je andere boze blikken die zeggen: ‘Allez, madame, geel dat kind toch een snoepjel’ En wordt het je echt te veel en geef je hem, alle discussies over ‘de pedagogische tik’ ten spijt, een flinke pets op zijn handje, dan zeggen nog andere blikken: ‘Monster! Onmens!” Uit pure machteloosheid kijk ik op zo’n moment woest terug naar iedereen die ons – soms verwijtend, soms uitdrukkingloos, soms geamuseerd – aanstaart en loop ik daverend van de zenuwen en met briesend kind de parking op.”

Advies voor Eva
“Jouw stress maakt het voor het kind nog erger. Reageer dus zo rustig mogelijk op zijn crisis”

Een instantoplossing bestaat niet voor dit soort peuterterreur. Bram is zodanig over zijn toeren, dat Eva er inderdaad maar beter voor kan zorgen zo snel mogelijk weer buiten te staan. Preventief ingrijpen kan wél. Ik heb de indruk dat Eva’s stress een averechts effect heeft op Bram. Ooit had ik een man in begeleiding die klaagde dat zijn dochter hem vier- tot vijf maal per nacht wakker maakte, waardoor zijn stress alleen maar groter werd. Stress. niet kunnen slapen, nog meer stress… het was een vicieuze cirkel geworden, want aan het gedrag van kinderen lees je vaak de stress van de ouders af. Toen ik hem voorstelde elke dag iets later thuis te komen, nadat hij een of andere ontspannende activiteit gedaan had – een wandeling, een bezoek aan de sauna, een fietstochtje – zag hij heel snel resultaat. Zijn dochter sliep steeds vaker de nacht door. Ik kan Eva dus alleen maar aanraden een poging te doen de boodschappen in een rustige, ontspannen sfeer te laten verlopen en daarvoor zal ze vermoedelijk iets meer tijd dan gewoonlijk moeten uittrekken.

Stress-pieken? Verleden tijd!

Miet over de stress van een puber-in-huis

Miet over de stress van

een puber-in-huis

“De kamer van Lies is een varkensstal, er ligt zelfs beschimmeld eten. Met als gevolg: knallende ruzies!”

“De kamer van Lies, mijn zestienjarige dochter, is een puinhoop. Het lijkt wel alsof er kort tevoren een tornado gewoed heeft, zo erg ligt alles door elkaar: cursussen, boeken, cd’s, kleren die ze even gepast heeft maar toch liever niet draagt die dag, vuile slipjes… vreselijk. De afspraak is dat zij verantwoordelijk is voor het schoonhouden van haar kamer. In de praktijk komt het erop neer dat het een varkensstal is en blijft, omdat zij dat prima vindt. Ik moet maar de deur dichttrekken als ik er niet tegen kan, vindt ze. Het spreekt voor zich dat ik het hier niet mee eens ben. De rest van het huis ligt er netjes bij en ik vind niet dat zij de algemene hygiëne mag ondermijnen. Want inderdaad: ook beschimmeld eten en meer van dat fraais heb ik al op haar kamer zien rondslingeren Telkens weer levert het ons een knallende ruzie op en die ruzies vreten energie bij mij. Soms heb ik na de zoveelste confrontatie het gevoel dat ik een marathon gelopen heb.”

Advies voor Miet
“Geef haar vertrouwen en leg haar uit dat ze fouten mag maken, maar dan ook ‘op de blaren’ moet zitten”

“Waarom vindt Miet het zo’n probleem dat Lies in haar kamer haar eigen gang gaat? Haar dochter is op een leeftijd waarop zij ontdekt dat ze wat haar moeder haar wil aanleren, ook zélf kan leren en wel op haar eigen manier. Als Miet haar per se haar systeem wil opleggen, dan heeft Lies de keuze: niets zelf leren en braaf luisteren naar haar moeder, of revolteren. Voor haar draait het om één simpele vraag: hoe word ik ik? En eigenlijk kan ze dat alleen maar wanneer haar ouders haar vertrouwen geven en haar toelaten fouten te maken. Zolang Lies niets doet waardoor ze in de gevangenis raakt of zichzelf of een ander schade toebrengt, door drugs bijvoorbeeld, zou ik heel blij zijn dat zij zelf de touwtjes in handen wil nemen. Laat haar toe verantwoordelijkheden op te bouwen, maar maak haar duidelijk dat ze desgevallend ook ‘op de blaren’ zal moeten zitten, ik zou nog een stap verder gaan: geef haar expliciet de toestemming om fouten te maken, omdat je vindt dat ze dat nodig heeft om dingen te leren. Door haar in die positie te zetten, vervalt heel de uitdaging om te rebelleren. Daag haar misschien uit om de twee mogelijkheden uit te proberen. Eén week mesthoop tot en met, volledig zoals zij het wil. Een week netjes, zoals jij het wilt, en dan evalueren. Het vraagt wat moed, maar je doorbreekt de machtsstrijd. Ze zal verrast zijn. Je neemt haar serieus, maar ze ziet ook dat je in staat bent een standpunt in te nemen, zonder meteen met haar in de clinch te gaan.”

Kristien over stress in het verkeer

“Een slagboom, een vuilniswagen, een ongeluk op de ring… en dan nog mijn gsm plat! Ken je dat?”

“Pure, machteloze stress, dat heb ik gisteren weer eens mogen ervaren toen ik verwacht werd op een belangrijke afspraak. De schuldige? Het verkeer. Toegegeven, ik had misschien een beetje te veel op geluk gerekend: ik dacht dat ik in één uur gemakkelijk van Gent naar Antwerpen kon rijden. Het spitsuur was voorbij en de verkeersinformatie klonk vrij geruststellend. Maar na twee minuten rijden, kreeg ik al een eerste presentje: de slagbomen aan de overweg gingen omlaag. Toen ik snel keerde om een veilige omweg te maken, belandde ik achter een vuilniswagen, die de hele breedte van de straat innam. Achteruitrijden kon niet meer, want er zat een chauffeur achter me. Er zat niets anders op dan gelaten achter de vuilniswagen aan te schuiven. Ruim twintig minuten later reed ik eindelijk op de E17. Alles ging wonderwel goed, zélfs aan de Kennedytunnel. Met hernieuwde moed stoof ik de Antwerpse ring op… maar het mocht niet zijn Een paar honderd meter voor afrit Merksem stond ik weer stil. Volgens radioberichten was er vlak voor de afrit Merksem een ongeval gebeurd en waren er twee rijstroken versperd. Het zweet brak me uit. Ik zou het nooit meer halen. En ik kon niet eens bellen, want mijn gsm was plat. Uiteindelijk kwam Ik tien minuten te laat op de afspraak, badend in het zweet. ik verwenste het verkeer, de files en – vooral – mijzelf.”

Advies voor Kristien
“Ik kan je bij een file maar één ding aanraden: leg je neer bij de realiteit en ontspan”

Tegen fileleed kun je wel een beperkte buffer inbouwen, maar het is onzinnig om voor elke afspraak drie uur op voorhand te vertrekken ‘omdat er wel eens iets zou kunnen gebeuren’. Je kunt preventief op het internet kijken, je route plannen, de verkeersinformatie bekijken of beluisteren en het is ook slim om je gsm op tijd op te laden. En toch, je mag nog honderd dingen voorzien: vaak is die file een feit. Ik kan in dat geval maar één ding aanraden: leg je neer bij de realiteit! Dat helpt echt. Luister naar rustige muziek of naar een ontspannend radioprogramma. Laat je fantasie de vrije loop. Bedenk zelf waar je deze plots gewonnen vrije tijd wél nuttig of aangenaam voor kunt gebruiken. Stress creëert een tunnelvisie. Het legt het creatieve denken lam. Als je een file echter als een beperking leert zien, dan word je creatiever. Misschien denk je wel aan een slimme uitweg, waar je verlamd door de stress in geen honderd jaar zou opkomen!

Kristien over stress in het verkeer

Isabelle over huishoudelijke stress

“Ik ren de hele dag en zelfs ‘s avonds kan ik niet rusten als er nog afwas staat. En daar word ik zo moe van!”

Isabelle over huishoudelijke stress“Ik voel me op, op, op. De hele dag is het rennen geblazen om alles in huis geregeld te krijgen. Na het werk ren ik naar de supermarkt, daarna ren ik naar de crèche om mijn dochtertje op te halen (en soms krijg ik een boze blik, omdat iemand gezien heeft dat ik éérst mijn inkopen doe), dan ren ik naar huis om te beginnen koken. En ook dat neemt voldoende tijd in beslag, want ik kies voor een gezonde, volwaardige voeding. Als ik dat niét zou doen, zou ik het gevoel krijgen dat ik mijn gezin verwaarloos. Tijdens het eten is het even rustiger, maar dan begint het weer. Ik kan niet rustig blijven zitten als ik weet dat die afwas op me wacht, dat mijn dochtertje nog in bad moet en dat die berg strijk me verwijtend ligt aan te staren. Wanneer ik ‘s avonds in bed lig, raas ik in gedachten door. Terwijl ik mijn slaap en mijn rust zo hard nodig heb! Overdag zou ik er nochtans geen enkele moeite mee hebben in slaap te vallen, maar als het dan eindelijk mag, dan lukt het niet. Mijn man heeft me meer dan eens gesuggereerd een poetshulp te zoeken, maar ik word al moe als ik eraan denk dat ik op zoek moet gaan. En als ik eraan denk dat ik alles moet uitleggen en dat het dan misschien nog niet gedaan is zoals ik het wil… Nee, dan doe ik het net zo lief zelf wel even.”

Advies voor Isabelle
“Maak eens een lijstje van taken, in volgorde van belangrijkheid. Wat is er belangrijker: gezelligheid of een glimmende keuken?”

Een beroemde Amerikaanse therapeut schreef een boek met de titel ‘Moeten maakt gek’. Hij heeft gelijk. Maar veel dingen die we als ‘moeten’ aanvoelen, zijn dingen die wij kiezen. En we kunnen er niet voor kiezen alles te doen. Je ziet het vaak bij vrouwen van de 35-plusgeneratie: het schuldgevoel. Hun graadmeter zit in de ogen van de anderen. En dat is een beetje absurd, want dat is net alsof je de temperatuur binnen probeert te regelen met een thermostaat die buiten aan de takken van een boom hangt. Natuurlijk wordt het dan te warm of te koud in huis en natuurlijk voel je je dan slecht bij de situatie. Aan Isabelle zou Ik voorstellen een lijst te maken van taken, in volgorde van belangrijkheid. Wat vindt ze het belangrijkste: met haar man naar de film of het huis poetsen? Ze zal zich bijna gegarandeerd beter voelen door het uitje dan door het poetsen, maar haar schuldgevoel zet er haar waarschijnlijk toe aan te poetsen. Maar moet het elke week allemaal grondig gepoetst zijn of is om de veertien dagen ook goed? En voor gezonde maaltijden is natuurlijk wel iets te zeggen, maar als het ten koste gaat van gezellig samen eten…? Je kunt trouwens best gezond eten zonder uren in de keuken te staan: een salade of een flinke portie diepvriesgroenten in de stoomkoker… Daarom niet elke dag, maar twee- of driemaal per week, daar is toch niets mis mee?

Stephanie over vrijetijdsstress

“Soms heb ik het gevoel dat ik tijdens de week van mijn weekends moet bijkomen, zo vol is onze agenda”

“Carl en ik hebben een druk sociaal leven. Maar soms heb ik het gevoel dat ik tijdens de week van mijn weekends moet bijkomen. We hebben een aantal gemeenschappelijke vrienden en een aantal persoonlijke vrienden, met wie we af en toe afspreken. Elk weekend is er wel ergens een etentje en dat wordt veel. Vooral omdat ik ook aan mijn conditie wil werken – ik heb nu zo’n duur fitnessabonnement – en op de hoogte wil blijven op cultureel vlak. Een interessante tentoonstelling, een goeie film… ik lees massa’s recensies, maar ik kom er maar niet. Weet je, ik voel mijn maag gewoon keren als ik denk aan wat ons volgend weekend te wachten staat: vrijdagavond een feestje, zaterdagmorgen fitnessen, zaterdagmiddag inkopen doen voor het etentje dat we ‘s avonds geven, zondag naar mijn zus die jarig is. Ik zal blij zijn als het weer maandag is en ik rustig kan gaan werken.”

Advies voor Stephanie
“Bedenk eens wat je echt wilt doen, niet wat je vindt dat je móét”

Het prioriteitenlijst je van Stephanie staat duidelijk overvol. En helemaal onderaan staat ‘rust’. Dit zou ze best bespreken met Carl. Stephanie moet haar prioriteiten herbekijken. Niet vanuit een schuldgevoel – ‘eigenlijk zou ik dit en dat moeten, want…’ – maar heel eerlijk vanuit datgene wat ze echt wil. Dat fitnessabonnement heeft haar waarschijnlijk zon 500 euro gekost en dat is jammer. Als ze haar conditie zo belangrijk vindt, kan ze voor 200 euro een goede hometrainer kopen en terwijl ze daarop oefent kan ze lezen of tv-kijken of naar muziek luisteren. Op die manier kan ze op een halfuur ook een halfuur sporten, terwijl ze anders voor dat halfuur sporten misschien wel anderhalf uur weg is van huis.

Wordt het te veel? Time-out!

Hilde over werkstress

“Voor mijn chef moet alles altijd last-minute, hij denkt zeker dat ik geen privéleven heb? Vroeg of laat schiet ik echt eens uit mijn slof”

“Mijn chef, over het algemeen geen kwade kerel mist één kwaliteit: inlevingsvermogen. Voor hem ben ik een mens zonder privéleven, onbeperkt inzetbaar en met een flexibiliteit waarnaast een elastiek verbleekt. Alles is altijd last-minute bij hem, ook dingen die hij me best eerder had kunnen vragen! Omdat ik er als moeder alleen voorsta, moet ik op tijd thuis zijn voor de kinderen. Alle verantwoordelijkheden rusten op mijn schouders. Zoals het nu gaat, kan het niet verder. Het huilen staat me tegenwoordig vaak nader dan het lachen, maar ik hou me goed op het werk. Bang om me belachelijk te maken. Ik ben bang dat ik vroeg of laat door de mand val en zozeer uit mijn slof schiet, dat de gevolgen niet mals zullen zijn… ”

Marianne over stress in haar relatie

Advies voor Hilde

“Vraag hem advies over hoe je je agenda moet regelen. Vaak beseft een baas pas dán hoeveel hij eigenlijk van je eist”

Hilde deelt duidelijk in de stress van haar baas. Ze mag wat assertiever zijn, maar het is beter dat ze daarvoor eerst nadenkt over een oplossing waar haar baas ook beter van wordt. Hildes belang is: meer vrije tijd ‘s avonds. Dat kan ook in het belang van haar chef zijn: als Hilde uitgeput thuiskomt, onvoldoende recupeeert en ‘s ochtends oververmoeid op het werk verschijnt, dan kan het werk daaronder lijden. Ze moet het ook op die manier aan haar baas proberen te verkopen. Het is een simpele techniek, maar wél efficiënt. Weet je, vaak beseft zo’n baas niet hoeveel werk hij op een dag aan je doorgeeft. Daarom is het belangrijk dat Hilde een goede planning maakt. Doet ze dat níét, dan heeft ze geen argumenten in handen. Ze moet dus een takenlijstje klaarhebben. Als hij dan met een superdringend werkje afkomt, kan zij zeggen: ‘Ok, ik wil dat best doen, maar zou je dan misschien even willen zeggen welk van die andere taken ik kan verschuiven?’ Ze vraagt hem advies over hoe zij haar agenda moet regelen. Hij zal – misschien voor het eerst – beseffen dat zijn uitspraken consequenties hebben. Je maakt hem mee verantwoordelijk. Als je dat lang genoeg doet, zal hij daar gaandeweg rekening mee beginnen houden.

10 tips om de stress te lijf te gaan

  • Probeer elke week driemaal een halfuurtje te sporten.
  • Alcohol of koffie drinken en roken? Minder dan drie keer per dag, graag.
  • Neem elk anderhalf uur een minitime-out.
  • Leer bewust prioriteiten kiezen en plannen.
  • Luister voor u praat ook naar anderen en toon begrip voor hun standpunt.
  • Oefen uzelf in het loslaten en relativeren.
  • Probeer licht en gezond te eten en voldoende water te drinken.
  • Zoek geregeld de natuur op om te ontspannen.
  • Durf te luisteren naar uw eigen lichaam.
  • Maak elke dag even tijd voor vriendschap of liefde, kortom: voor anderen.

Download het volledig artikel: (pdf) Stress, stress, stress! Er is wat aan te doen!

Categorieën
artikel

Durft u nog vliegen?

Vier vliegtuigcrashes in de afgelopen veertien dagen. Doen ze u iets minder vlotjes het vliegtuig nemen? Of heeft u alle vertrouwen in de luchtvaart en beschouwt u de ongelukken – net als de sector zelf – als “louter toeval”? Kortom: durft u nog te vliegen?

Paul Koeck, zaakvoerder Centre for Stressmanagement (geeft cursussen tegen vliegangst): “Zelf heb ik het ooit meegemaakt dat een vlucht van de VS naar België halverwege is moeten terugkeren wegens technische problemen. Op dat moment besefte ik dat het voor de gang van zaken geen enkel verschil zou maken of ik nu angstig was of niet. Na zoiets ben je wel geneigd om wat beter na te denken over welke maatschappij je kiest. Als ik de keuze hebt tussen Lufthansa en Aeroflot, zal ik eerder voor de eerste kiezen. Daarover nadenken is een teken van gezonder angst. Vliegangst is iets anders, dan slaat je hele systeem op tilt. De berichten in de media over de opeenvolgende vliegtuigcrashes kunnen een latente vliegangst wel voeden. Het kan zijn da iemand die al wat overspannen is, door zulke beelden en berichten een vliegangst gaat ontwikkelen. Vliegangst manifesteert zich vooral op momenten dat je echt met het risico geconfronteerd wordt. Als je baas je de opdracht geeft naar een ver land te vliegen, of als je gezin vindt dat het toch wel tijd wordt voor een vliegreis, dan komt de angst tot uiting die gedurende de jaren voordien gevoed is. Het is niet zo dat een bepaald beeld zien of een verhaal lezen vliegangst oproept die voordien nog helemaal niet aanwezig was. Het kan wel zijn dat de beelden van de rampen die de afgelopen weken plaatsvonden, over een paar jaar een ticket kopen iets moeilijker maken.”

Filip Van Rossem, ex-Sabenapiloot: “Natuurlijk durf ik nog te vliegen, zonder probleem. Wat er gebeurd is, valt statistisch te verklaren. Het was lang geleden dat we nog met een ongeluk te maken hebben gehad en dan wordt de kans groter dat er iets gebeurt? Niets is onfeilbaar, ook de luchtvaart niet. Je moet er niet veel meer achter zoeken.”

Rob Kruzdlo, lezer, op onze site: “Sinds een jaar heb ik vliegangst. Het schijnt met de leeftijd te maken hebben. Een psychologische verklaring is er niet. Hoogtevrees hoort daar ook bij. Na vier vliegtuigcrashes heb ik het even gehad. Amerika moet nog even wachten. Ik heb alvast wat kalmeringsmiddelen besteld en neem mijn zelf gebrouwen drankje mee. Hopelijk helpt de cursus tegen vliegangst. Het zweet staat al op mijn voorhoofd als mijn kleinkind roept: ‘Wanneer gaan we naar Amerika?’”

Koen Joos, lezer, op onze site: “Elke dag de E 313 naar Antwerpen nemen en door de Kennedytunnel rijden – mijn dagelijks werktraject – is volgens mij gevaarlijker dan vliegen.”

Branko Strupar, ex-speler voetbalclub Genk: “Ik ben niet zoals de Nederlandse voetballer Dennis Bergkamp, die heeft vliegangst en vliegt nooit. Een vliegtuig nemen schrikt mij weliswaar af, maar met de nationale ploeg heb ik vroeger wel honderd keer gevlogen. Meestal heb ik mijn angst dus onder controle. Een keer heb ik twee slaappillen genomen, tijdens een lange trip naar Japan. De ongevallen van de voorbije week zijn verschrikkelijk, maar mijn angst wordt daarmee niet groter.”

Marco Verschragen, vertegenwoordiger van Stichting Valk (de stichting van KLM die cursussen inricht voor mensen met vliegangst): “Sinds de recente vliegtuigongelukken merken wij geen echte toename van het aantal deelnemers-cursisten. Maar er is ook geen afname. En wie de cursus volgt, spreekt natuurlijk wel over de ongelukken.”

Willy De Vos, lezer, op onze site: “Een tiental jaar geleden ben ik het slachtoffer geworden van een verkeersongeval op de autosnelweg. En alhoewel ik niet zwaargewond werd, heb ik sindsdien rijangst. Als je er nuchter over nadenkt, is vliegen de allerveiligste manier van reizen, ook al zijn er de laatste tijd een aantal ernstige ongelukken gebeurd. Het alternatief is binnenblijven, maar ook binnen in je huis gebeuren nogal wat ongevallen. Leven is nu eenmaal gevaarlijk!”

Bert Anciaux, Vlaams minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel: “Ik heb altijd al last gehad van vliegangst. Ik heb hoogtevrees en een beetje claustrofobie en die combinatie vind je in een vliegtuig. Ik heb er al verschrikkelijke angsten in doorstaan. Maar de ongevallen zelf schrikken me niet nog meer af. De wereld is meer dan ooit ons dorp, en ik zal er niet minder om gaan reizen. Maar mijn angst zal er ook niet kleiner door worden. Misschien moet ik een spoedcursus piloot volgen, want ik ben een enorme controlefreak. Als ik het vliegtuig zelf zou besturen, zou ik me erg relaxed en veilig voelen.”

Willy Van Walleghem, lezer, op onze site: “Dagelijks vliegen duizenden en duizenden toestellen door het luchtruim. De kans om in een ongeluk betrokken te raken is praktisch nihil. Uiteraard is elk ongeval er één te veel. Maar omdat het spectaculair is, haalt het het wereldnieuws. Wel is het zo dat – alhoewel ik de wereld ben rondgereisd – ik toch steeds kies voor een bonafide luchtvaartmaatschappij. Er mag hoe dan ook niet bespaard worden op onderhoud, hoeveel dat ook mag kosten. Derdewereldlanden zouden misschien iets gemakkelijker een onderhoudsbeurt kunnen uitstellen of het iets minder nauw nemen met de veiligheidsvoorschriften dan de gevestigde waarden in de luchtvaart. De Europese vliegtuigmaatschappijen staan zeker borg voor het nauwkeurig toepassen van de regels. Daar zijn voldoende ‘waakhonden’ voor in het spel. Zelfs de zogenaamde lagekostenmaatschappijen laten op dat vlak niets aan het toeval over wordt gelaten.”

Claude Perignon, woordvoerder Thomas Cook: “ Er is geen daling in de vraag naar vliegtuigtickets, er zijn zelfs geen afzeggingen. Sommige klanten vragen wel met welke luchtvaartmaatschappij ze zullen vliegen. Maar ik wil wel duidelijk stellen dat vluchten van chartermaatschappijen even veilig zijn als lijnvluchten. We zijn allemaal onderhevig aan dezelfde controle. Ikzelf vertrouw de luchtvaart volledig. Er is volgens mij geen enkel vervoermiddel dat zo streng gecontroleerd wordt als het vliegtuig.”

Beatrice Klein, lezer, op onder site: “Ik vlieg binnenkort naar New York en heb een ticket gekocht van Delta Airlines. De derde luchtvaartmaatschappij in Amerika. En nu hoor en lees ik zojuist dat uitgerekend die maatschappij in slechte papieren zit. Ik vraag me toch af of er nu ook niet bespaard wordt op het onderhoud van vliegtuigen. Een goed gevoel geeft dit alleszins niet.”

Categorieën
pers

Digitale Stress: Horendol door e-mail en gsm

U hebt nieuwe e-mail ontvangen. Wilt u deze e-mail nu lezen? Ja – Nee? Laptops en mobiele telefoons zorgen ervoor dat we de hele dag mails, sms-berichtjes en oproepen krijgen. Sommige mensen gaan eronderoor en verzeilen in een digitale stress.
Anita (36) was drie jaar lang een succesvolle account manager. Tot ze volledig instortte. Ze was haar energie kwijt, vergat belangrijke afspraken en was slordig in de uitwerking van de haar toegewezen projecten. Inmiddels is ze al zeven maanden thuis met ziekteverlof. Hoe kon het zo ver komen?
“Anita lijdt aan een moderne ziekte: digitale stress”, zegt de Antwerpse arts en stressbegeleider Paul Koeck. “De dagelijkse stroom e-mails, sms’jes en telefoontjes die ze kreeg, hebben ervoor gezorgd dat ze zich verloor in details en de hoofdlijnen in haar werk en haar leven niet meer kon onderscheiden.” Coachteam, het bedrijf van Koeck, geeft cursussen over stress door e-mail en gsm.

Adrenaline
Paul Koeck: “Stress is niet per se negatief. Het stresshormoon adrenaline maakt ons alert. Het hart pompt extra bloed naar spieren en hersenen, de pupillen worden groter, de gedachten flitsen door je hoofd. Het is dezelfde adrenaline die de zebra kan redden als de leeuw zijn aanval inzet: Gevaar – Reageer – Overleef.”
“Alleen mogen die stresspieken niet te lang duren. Na een korte steile piek moet een relatief lange periode van recuperatie volgen om terug in balans te geraken. En dat is net het probleem bij chronische stress: de recuperatie is nog niet af als er al een volgende stressaanval opduikt.”
“De voortdurende stroom van e-mail, sms’jes en telefoontjes eisen op agressieve toon je aandacht op. Het lijkt of je zo snel mogelijk moet antwoorden op een bericht. Die zogenaamde “interrupts” leiden je af van je echte werk. Als dat de hele dag duurt, krijg je het gevoel dat je niets meer doet.”
“Sommige mensen slagen er zelfs niet meer in hun mailbox leeg te maken. Ze gaan die mails naar huis doorsturen of ze uitprinten om ze rustig ‘s avonds te kunnen lezen.”
“De gevolgen van die druk kunnen verregaand zijn. Men kan geen onderscheid meer maken tussen wat het belangrijkst is en doet de dingen nog maar half. Men gaat zich onzeker voelen en verliest de controle over zijn functioneren.”

Onderzoek
Uit een Europees onderzoek naar e-mailgebruik blijkt dat werkgevers in 2005 veel meer tijd zijn gaan besteden aan het verwerken van hun inbox. Van de ondervraagde internetgebruikers gaf 52 procent aan twee of meer uur per dag te besteden aan het zenden en ontvangen van e-mails. Vijftien procent heeft er zelfs vier uur per dag voor nodig. Dat zijn twee werkdagen per week!
“Stilaan groeit in de bedrijfswereld het besef dat digitale stress een probleem wordt”, zegt Paul Koeck. “In onze individuele coaching zullen wij de mensen leren inzicht te krijgen in hun doelstellingen en prioriteiten. Wat zijn mijn hoofdzaken en hoeveel tijd besteed ik daaraan? Je moet hen leren hun tijd in te delen en om grenzen te trekken. Ze moeten leren nee zeggen door bijvoorbeeld duidelijk af te spreken met de collega’s dat ze nog slechts één uur per dag e-mails lezen. Dat vereist natuurlijk een dosis assertiviteit want je moet je baas en collega’s duidelijk maken dat je een bepaald deel van je tijd niet meer stoorbaar bent.”


Tips tegen digitale stress:

1.      Haal je e-mails maar één (max. 2) keer per dag binnen op een vast tijdstip. Zet je automatische “send&receive” af in je outlook;
2.      Zet alle belletjes en pop-up schermen op je computer af: van je e-mails, van je messenger of skype, van je gsm;
3.      Als je toch een beltoon laat opstaan, doe het dan enkel voor bepaalde contactpersonen én kies dan een zachte, ontspannende toon;
4.      Vertel tegen de mensen op welk uur van de dag ze je WEL mogen storen, bellen, mailen, chatten, en schakel alle toestellen tussendoor uit. Zorg ervoor dat u op die bepaalde tijdstippen wel bereikbaar bent;
5.      Onderhandel met je belangrijkste contactpersonen (je familie, je baas, je belangrijkste klant, …) welke spelregels ze dienen te respecteren om je te bereiken:
a.       Welke dingen zijn zo dringend dat ze je altijd ervoor mogen storen?
b.      Wat brengt je dichter bij je doelstellingen
c.       Welke dingen kan je in een ‘korte’ wekelijkse vergadering van 15 minuten op een vast tijdstip met hen overlopen? (Elke week op een vast moment tijd geven aan iemand, vermindert zijn/haar nood je telkens te storen);
6.      Denk elke week na over uw prioriteiten “Wat wil ik deze week bereiken?” en “Wat is mijn hoofd-priori-TIJD voor deze week?”;
7.      Geef voorrang aan de dingen die je Top-3 prioriteiten van de week vooruithelpen. Voor alle andere inkomende (digitale) berichten (telefoon, gsm, fax, e-mail, sms, …) behandel je die best op één vast tijdstip per dag of per week: beslis telkens of iets belangrijk genoeg is voor jou om te doen
8.      Stel een lijstje op met wie je wel mag storen en wie niet buiten je vast stoor-uurtje per dag;
9.      Werk je e-mails dagelijks op een vast moment af: let wel op één vast moment, niet de ganse dag door;
10.  Je kan met je collega’s afspreken dat je enkel de e-mails die persoonlijk naar jou gericht bent dagelijks beantwoordt, en dat alle e-mails waar je in cc (kopie) staat en samen met anderen, maar éénmaal per week op een vast moment worden gelezen. In het begin kan je wel op wat weerstand rekenen en moet je je streng houden aan deze afspraken, of ze geloven je toch niet;
11.  Neem om de 90 minuten zeker 15 minuten pauze, of doe even iets anders om je geest te verzetten; dit beschermt je tegen computer-stress en computerverslaving, ga zeker even weg van je computer;

Koen VERSTRAETEN,GPD
Interview met Paul Koeck voor de Gazet Van Antwerpen van Vrijdag 17 maart 2006

 

Categorieën
pers

Blijf zelf aan de touwtjes trekken

Wel eens ‘s nachts verbinding gemaakt met het BDO netwerk? Of de neiging gehad? Zo ja, dan is de kans groot dat je lijdt aan digitale stress. Maar ook tal van andere symptomen van deze moderne ‘ziekte’ klinken je mogelijk bekend in de oren. Een eerste tip: zet je mobiele telefoon uit, sluit je internetverbinding, neem even rust en lees vooral verder.

Een verhaal over digitale stress begint met een korte les in het functioneren van het menselijk brein. Als je enkele basisprincipes begrijpt, dan begrijp je de spanningen die worden veroorzaakt door de nieuwste mogelijkheden van de techniek. Dat vertelt Paul Koeck, oprichter en voorzitter van Coachteam International. “De eerste”, begint Koeck, “noem ik de omsteltijd. Vergelijk het met zappen. De meeste televisies kennen een aantal milliseconden vertraging bij het veranderen van zender. Hetzelfde principe geldt bij de mens. Switch je van het ene naar het andere informatiekanaal, dan moet je letterlijk omschakelen.” Een ander kenmerk van mensen is hun biologisch ritme. Zo gaat slaap gepaard met cyclussen, bijvoorbeeld de droomfase. “In deze fase koppelt het menselijk brein verschillende soorten informatie aan elkaar. Je legt connecties en maakt associaties en gaat als het ware indexeren. De cyclussen van ongeveer negentig minuten bestaan ook overdag. In elke cyclus klim je op naar een piek. Je focust steeds verder en bereikt een hoge mate van efficiency, rationeel denken en arbeidsproductiviteit. Maar je begrijpt: na de piek komt een dal. Denk aan de namiddagdip, het kopje koffie met een babbeltje of het voor je uit staren.”

Creatieve momenten

Koeck staat nog even stil bij deze schijnbaar improductieve momenten van rust. “Ze worden nogal eens afgedaan als zwak, maar dat is niet zo verstandig. Zodra je veel informatie van uiteenlopende aard op willekeurige momenten hebt ontvangen, dan moet je net als een harde schijf defragmenteren. Je bekijkt onbewust de verschillende gegevens en zet ze op de juiste plaats. Bovendien: vergeet nooit dat het zogenaamde dal een moment van creativiteit vormt. De wetenschap heeft zelfs aangetoond dat de meeste uitvindingen ontstaan op zo’n droommoment. Een heel mooi voorbeeld is de relativiteitstheorie van Einstein. Natuurlijk moet er ook keihard worden gewerkt, maar de combinatie zorgt voor succes.” Creatieve momenten benutten heeft grote voordelen. “Het werkt constructief. Het helpt ons zogenaamde shortcuts te vinden om taken efficiënter aan te pakken. Je ziet dat de meest spectaculaire innovaties ontstaan bij mensen en ondernemingen die deze momenten toelaten.”

‘Iemand die structureel wordt onderbroken, dreigt prioriteiten uit het oog te verliezen’

Escalatie via e-mail

Op naar de werkvloer. Daar waar menigeen na terugkomst van vakantie tientallen, zo niet honderden e-mails moet zien te beantwoorden. Daar waar een stroom aan informatie werknemers continu voor de keuze stelt: antwoorden of laten wachten? En daar waar een sms’je lezen misschien een minuut duurt, maar het weer op gang komen een ander verhaal is. “Je moet je gedachten opnieuw instellen, waardoor je al gauw een dikke vijf minuten bezig bent terug te raken in je concentratie. Hierdoor krijg je niet de kans rustig in één blok van een uur of anderhalf ergens aan te werken.’ Dat heeft zo zijn gevolgen, waarschuwt Koeck. ‘Iemand die structureel wordt onderbroken, dreigt prioriteiten uit het oog te verliezen. Je wordt reactief in plaats van proactief, verliest controle en overzicht. Daardoor heb je steeds minder materiaal om ‘nee’ te zeggen. Je raakt in de war, oververmoeid, bang en onzeker.” De symptomen kunnen ver gaan. “Ik noem het presenteïsme. Het lichaam is nog wel op het werk, maar het creatieve deel van de hersenen functioneert niet meer. Ook thuis merkt je gezin dat je er met je gedachten niet bij bent. Je komt ook privé in een conflictsfeer. Als je niet oppast, stort je je vervolgens nog meer op je werk.”

Kantoor binnen handbereik

Goed onderzoek dat aangeeft hoe groot het probleem werkelijk is, ontbreekt vooralsnog. Maar dagelijkse misverstanden en inefficiënt gebruik van moderne communicatiemiddelen zijn er in overvloed. Koeck geeft een voorbeeld. “In veel gevallen zorgt een persoonlijk gesprekje voor een directe oplossing van een probleem of vraagstuk. Via e-mail kan het echter escaleren. Denk aan het toezenden van een rapport. De ontvanger ziet tussen tientallen nieuwe mails niet de prioriteit en laat het zo twee, drie weken liggen. De afzender stuurt een reminder en er komt een reply, maar de informatie is vaak onnodig lang onderweg met eventuele gevolgen van dien.” Ook herkenbaar is overmatig gebruik van cc. De drempel is laag en de afzender kan tenminste niet verweten worden de ander niet te hebben geïnformeerd. Bekend is ook de mogelijkheid de mail thuis of elders, ook buiten kantooruren, af te handelen. Marcel Donkers kent de praktijk. Sterker nog. “Ik ben een van de veroorzakers”, lacht de ICT-manager. De afdeling voorziet in de noodzakelijke digitale faciliteiten voor de BDO’ers. “Ze kunnen altijd en overal verbinding maken met het interne netwerk. Via laptop, PDA of Smartphone beschikken zij vierentwintig uur per dag over mail, agenda, gegevens enzovoort. Ook op vakantie is je complete kantoor binnen handbereik.”

“Kun je niet om bereikbaarheid heen, maak dan goede afspraken”

Bereikbaar op vakantie

Vakantie. De vraag in hoeverre je tijdens de welverdiende tijd van rust toch bereikbaar moet zijn, is op veel plaatsen actueel. Onderzoek toont aan dat tweederde van de hoogopgeleiden in Nederland gewoon bereikbaar is en dat zeven op de tien regelmatig e-mail checkt. “Het is belangrijk voor de geest om zo nu en dan helemaal leeg te lopen”, adviseert Koeck. “Kun je niet om bereikbaarheid Blijf zelf aan de touwtjes trekken - Digitale Stress- Met de handen in het haarheen, maak dan goede afspraken. Zo is het handig een contactpersoon binnen de onderneming te hebben die vragen en antwoorden goed heeft voorbereid.” Vakantie of niet, aan Marcel Donkers is digitale stress nauwelijks besteed. “Dat heeft vooral te maken met een goede dagindeling. Ook vroeger met de stapel post moest je overzicht en grip zien te houden. Wat dat betreft is er niet veel veranderd.” Marcel herkent desondanks de problemen maar al te goed. “Kijk naar e-mail. De verzendende partij bepaalt of informatie bij jou onder ogen komt. Maar de vraag is: wil en moet je dat wel weten? Ik denk dat veel BDO’ers met digitale stress worstelen. Dat hoor je in de wandelgangen. Je ziet ook dat soms om drie uur ‘s nachts nog verbinding is gemaakt. Vierentwintig uur per dag overladen worden met werk is een uiterste, maar het tussengebied wordt grijzer. Velen vinden het steeds moeilijker balans te vinden.” Marcel vervolgt: “BDO’ers zijn zeer ambitieus en zetten graag een stapje extra. De mogelijkheid van een flexibele dagindeling is zeker met betrekking tot files en voor tweeverdieners met kinderen van groot belang. Onze faciliteiten zijn dan erg handig. Ze kunnen de productiviteit bevorderen. Mits je zorgt dat je zelf aan de touwtjes blijft trekken.” Hans Renckens, lid van de Raad van Bestuur met onder andere de portefeuille ICT, is het daarmee eens. “De mogelijkheden die tot onze beschikking staan, geven rust. Tegelijkertijd schuilt daarin ook een gevaar. De kunst is de techniek zo efficiënt mogelijk te gebruiken. Helaas heb ik het gevoel dat digitale stress op steeds meer mensen, ook binnen BDO, betrekking heeft. Daar moeten we iets aan doen. Het probleem met e-mail en telefoon is natuurlijk dat het confronterend is. We moeten leren selecteren. Als ik iets moet uitwerken, vraag ik om niet gestoord te worden. Bovendien zet ik de telefoon uit. Als je in vergadering zit, is dat toch ook geen probleem?” Ondertussen gaat de vernieuwing door. Zo werkt het ICT gestaag aan het Kantoor van de Toekomst. Marcel: “We gaan losse applicaties steeds meer bundelen. Straks komt op slechts een plek alle digitale informatie binnen. Bovendien willen we de informatiebehoefte omdraaien. BDO’ers kunnen via een soort abonnement steeds meer zelf aangeven aan welke gegevens zij behoefte hebben.” Dat biedt veel voordelen in de strijd tegen digitale stress. Nadeel van nog meer gestroomlijnde faciliteiten is dat de drempel naar informatievergaring weer iets lager komt te liggen. “Dat is zo”, beaamt Marcel Donkers, “maar gelukkig is wat dat betreft de grootste drempelverlaging al geweest.”

Tijd voor oplossingen

Erkenning van het probleem is van belang vanuit menselijk oogpunt, maar zeker ook voor de onderneming. Een ernstig gestresste of zieke werknemer is immers niet of nauwelijks productief. “Bovendien”, vertelt Koeck, “grote projecten waarin heel veel geld omgaat, kennen schadeclaims in geval van klantontevredenheid. Digitale stress kan ertoe leiden dat de onderneming onvoldoende aan de verwachtingen voldoet. Dit kan in potentie een kostenpost betekenen van heel erg veel euro’s.” Tijd voor oplossingen dus. “Elk individu heeft zijn eigen verantwoordelijkheid. Ook moeten er richtlijnen komen vanuit de onderneming.” In het verlengde ligt timemanagement. “Stel een goed plan op, inclusief voldoende tijdzones om hoofddoelen te bereiken. Plan een buffer in om een aantal verwachte onderbrekingen te kunnen toelaten. Bundel je werkzaamheden zoveel mogelijk, inclusief de beantwoording van je e-mails, en kies een focus van de dag. Zo kom je beter in je ritme.”

PPMT: nog meer digitale stress

PPMT, ofwel Pre- en Post Mail Tension is een ander voorbeeld van digitale stress. Het wordt veroorzaakt door het verkeerd begrijpen van e-mails en de angst dat berichten onder ogen van de verkeerde mensen komen. En zijn die hoofdletters in het sms’je nou opdringerig bedoeld of is gewoon de verkeerde instelling gebruikt? Soms kunnen digitale voorzieningen ook juist wel bijdragen aan de juiste interpretatie. Een tip van Paul Koeck: “Werk zo nu en dan op afstand samen met digitaal vergaderen. Dit is de eerstvolgende pijler van het Kantoor van de Toekomst. Ontvang je, met een open verbinding op de achtergrond, tussendoor een e-mail van de ander, dan begrijp je ook de context beter.”

Tien tips tegen digitale stress

  • 1. Haal e-mails op een aantal vaste tijdstippen op, dus niet de hele dag door.
  • 2. Zet de melding van een nieuwe e-mail onder in beeld uit (bij: extra/opties/voorkeuren/e-mailopties/geavanceerd/ weergave bureaublad).
  • 3. Schakel ringtones uit of kies voor een zachte, ontspannende toon.
  • 4. Schrijf e-mails met respect. Ook in e-mail is het prettig om een aanhef en een vriendelijke groet te lezen. De juiste toon in een e-mail doet veel.
  • 5. Stem met de belangrijkste contactpersonen af welke zaken als dringend worden beschouwd en welke op een ander, vast tijdstip kunnen worden doorgenomen.
  • 6. Denk na over je prioriteiten. Wat is deze week je hoofdprioriTIJD? Geef vervolgens voorrang aan de berichten die je daarbij helpen. Alle andere berichten behandel je op een ander, vast tijdstip.
  • 7. Maak dagelijks tijd om je mailbox op te ruimen of af te handelen.
  • 8. Spreek af dat je alleen e-mails aan jou persoonlijk gericht dagelijks beantwoordt. De e-mails op cc lees je een keer per week. Stuur zelf ook geen onnodige cc’s.
  • 9. Maak gebruik van de mogelijkheden die Outlook biedt bij filtering en sortering van e-mails.
  • 10. Kijk voor nog veel meer tips op www.coachteam.com/tools_stress.html

 

Download het volledig artikel: (pdf) Blijf zelf aan de touwtjes trekken

Categorieën
pers

Weg met Weekendstress

Van maandag tot vrijdag hebben we het druk, druk, druk. Maar ook in het weekend zit onze agenda steeds vaker overvol. Boodschappen doen, opruimen, sporten, familiebezoek. Hoe vinden we weer de broodnodige rust?

Productie: Els Maes. Tekst: Els Maes en Klaar Wauters.

God gebruikte de zevende dag om te rusten. Wij gebruiken de zevende dag om de kinderen naar de voetballes te brengen, naar het tuincenter te gaan, gazon te planten, op bezoek te gaan bij de schoonouders, onze parket te boenen, te stofzuigen, op kraamvisite te gaan, onze administratie in orde te maken, naar het doe-het-zelf-center te rijden, te strijken, … Zucht. En als er na al die klussen nog tijd over blijft, willen we ook graag gaan fitnessen, picknicken in het park, een terrasje doen, een fietstocht maken, naar de sauna, kinderboerderij, het museum of de rommelmarkt, …
Terwijl het weekend ooit bedoeld was om de batterijen terug op te laden voor de nieuwe werkweek, zit onze agenda van vrijdag- tot zondagavond even propvol als door de week. Op vrijdagavond weten we al dat we tegen zondagavond zullen moeten vaststellen dat we onze kilometerlange to-dolijst nooit zullen afgewerkt krijgen. Het resultaat: weekendstress.

Reden één voor die volle agenda’s: na een drukke werkweek heeft zich een stapel huishoudelijke klussen opgestapeld. “Op vrijdagavond rijd ik naar huis met een euforisch ‘Hoera-het-is-weekend-gevoel’, en een hoofd vol wilde plannen,” zegt collega Ilse. “Maar enkele uren later is dat gevoel alweer weggeëbd, omdat het me begint te dagen wat er allemaal op de agenda staat. Na een hectische werkweek is het huis veranderd in een puinhoop en heeft de post en de administratie zich opgestapeld.”
“Stressfactor één is boodschappen doen,” zegt lotgenote Annelies, die een drukke baan combineert met de zorg over twee kleine kinderen. “Net als 99,9 procent van de bevolking moet ik alle inkopen doen op zaterdag waardoor alles dubbel zo lang duurt door ellenlange rijen aan de kassa. Nieuwe schoenen gaan kopen voor de kinderen moet dus ook op zaterdag, terwijl ik – net als de kinderen, trouwens – er een hekel aan heb om in overvolle winkelstraten te gaan shoppen. Nee, echt ontspannend kan je mijn weekends niet noemen.”

“Mensen zijn vergeten dat de boog niet altijd gespannen hoeft te staan,” zegt Paul Koeck van Coachteam. In zijn praktijk geeft hij trainingen in time-management en stressbeheersing. “We plannen zoveel activiteiten in één weekend, dat velen zich schuldig en gefrustreerd zullen voelen als niet alles lukt.”

Waar is het in godsnaam fout gelopen met onze weekends? Sinds wanneer is onze vrije tijd een bron van stress en frustratie geworden?
Schuldige 1: we werken gewoon veel te veel. Waar ooit moeder de vrouw aan de haard bleef om het huishouden te runnen, zijn er nu steeds meer gezinnen waar zowel man als vrouw buitenshuis werken, en bovendien talloze overuren kloppen. Volgens de studie ‘Tijdsbesteding van de Vlamingen’ van de Vrije Universiteit Brussel, besteedt de gemiddelde Vlaamse vrouw gemiddeld 46u59′ per week aan loonarbeid, huishoudelijke arbeid en verzorging van de kinderen. Om te luieren blijft er nauwelijks tijd over, zelfs niet in het weekend.
Reden twee zijn de veranderende familiestructuren: terwijl het ooit hoogst uitzonderlijk was om je geboortedorp te verlaten, is het nu heel normaal om broers, zussen, nichten en neven te hebben in alle uithoeken van het land. Zorgen dat je ouders hun kleinkinderen regelmatig te zien krijgen, betekent al gauw uren doorbrengen in de auto. Want anders knaagt het schuldgevoel.
Daarnaast plegen ook gsm’s en Blackberry’s een aanslag op onze vrije tijd, en zijn steeds meer winkels ook op zondag geopend. Het wordt steeds moeilijker om zondag als ‘lekker-niets-doen-dag’ uit te roepen, als meubelketens en tuincentra ons naar hun shoppingoases lokken, en we elk moment van onze vrije dagen bereikbaar zijn.

Alsof werk en huishoudelijke rompslomp nog niet genoeg druk op onze arme schoudertjes leggen, is voor steeds meer vrouwen het weekend een extra ‘uitdaging’ geworden.
We willen niets missen en in alles uitblinken. “De snelheid van de moderne maatschappij schept heel veel mogelijkheden, maar de druk om te presteren is veel groter dan in de tijd van onze grootouders,” zegt Paul Koeck. Bovendien leggen veel vrouwen zichzelf erg hoge eisen op. “Ik merk bij veel vrouwen dat ze vooral niemand willen ontgoochelen,” zegt Koeck. “Ze willen graag geliefd zijn, en het gevoel hebben dat ze voor hun omgeving nodig en nuttig zijn. Zelfs al denken ze dat ze zich daar van hebben losgemaakt, toch zijn veel vrouwen nog steeds doordrongen van het idee dat je leeft om je gezin en je omgeving gelukkig te maken. Als ze een keertje niet op familiebezoek kunnen, voelen ze zich schuldig. Terwijl je het ook kan omdraaien: je mag ook van je familie en vrienden verwachten dat zij begrip opbrengen voor het feit dat je het erg druk hebt of bijvoorbeeld erg ver weg woont,” aldus Koeck.

Ach kijk, we doen het gewoon onszelf aan, door zo vreselijk perfectionistisch te zijn. Als we in het weekend een etentje organiseren, moet het huis helemaal aan de kant zijn en willen we uitpakken met een spectaculair nieuw recept en verse ingrediënten van de delicatessenwinkel. Zouden onze vrienden ons echt minder graag zien als we gewoon een potje guacamole uit de supermarkt op tafel zetten en niet de halve stad moeten doorkruisen om een rijpe avocado te vinden?

“Voor veel vrouwen geldt een zekere competitiedrang,” zegt ook Paul Koeck. “Zonder dat we ons er bewust van zijn, doen we heel veel dingen om sociale erkenning te krijgen. Dat zal pas veranderen als we zelf onze eigen prioriteiten gaan herzien. Wat vinden we zelf echt belangrijk, en wat doen we omdat onze omgeving het van ons verwacht?”

Fleur, Maria en Sabine, de drie druk bezette vrouwen die Feeling een blik gunden in hun weekendagenda’s, verklaren alle drie dat ze erg blij zijn met hun volgeboekte weekends. Maar hoewel we stress eerder associëren met overwerkte managers, en niet met vrouwen die boeiende, leuke weekends hebben, waarschuwt Paul Koeck toch voor onze druk-druk-druk agenda’s. “Wat je ook doet, het blijft belangrijk om rustpauzes in te lassen wanneer je lichaam daar om vraagt. Als je jezelf forceert en je energiedipjes negeert, pleeg je roofbouw op je lichaam en riskeer je vroeg of laat te breken.”
Onderzoekers spreken van een groeiende trend van ‘urgency addiction’, we zijn als het ware verslaafd aan de kick van het ‘druk bezig zijn’.

Vraag blijft: waarom gunnen we onszelf niet gewoon wat meer rust en wat extra uurtjes slaap in het weekend? Het probleem is dat veel vrouwen zich te veel zorgen maken over wat mensen van hen zullen denken. Op maandagochtend, als de collega’s aan de koffie-automaat vragen ‘leuk weekend gehad?’, wil je graag een indrukwekkend opsomming geven van dat leuke adresje aan de kust waar je bent gaan eten, die prachtige commode die je ergens op een rommelmarkt op de kop hebt getikt, en die fototentoonstelling die je ab-so-luut moet gezien hebben. Net iets minder glamoureus is het om te moeten toegeven dat je zaterdag uren aan de kassa van de supermarkt hebt gestaan, naar Ikea bent gereden voor een vijsje dat wonderwel miste in het bouwpakket, en ‘s avonds uitgeput voor tv in slaap bent gevallen tijdens een slechte weekendfilm. In Groot-Brittanië heeft men voor het fenomeen al een geschikte term bedacht: ‘Weekend inferiority complex’. Want wat we onszelf ook opleggen, het zal nooit spetterend genoeg zijn. We willen feesten als Kate Moss, etentjes geven als Nigella Lawson, terwijl ons huis eruit ziet als dat van Martha Stewart. Dat kan natuurlijk niet.

“Als ik moet kiezen tussen een weekendje naar de Ardennen met vrienden of een weekend huissloof spelen, is de keuze natuurlijk snel gemaakt,” zegt Ilse.
“Maar daarna heb ik er vaak toch weer spijt van: omdat ik dat weekend dan niet bij mijn ouders ben langs geweest, of omdat er thuis een stapel was ligt. En als ik op zaterdag geen boodschappen heb gedaan, voel ik me de week daarop schuldig omdat ik geen gezonde verse maaltijden voor de kinderen kan klaarmaken. Wat is ook gedaan heb dat weekend, ik heb altijd spijt van de zevenendertig andere dingen die ik niet gedaan heb.”

“Wat veel mensen missen, is prioriteit,” zegt Paul Koeck. “Vraag jezelf af wat het allerbelangrijkste is in je leven. Als je maar één uur vrije tijd hebt, wat plan je dan in die tijd?”
Koeck raadt iedereen met een te volle agenda aan om een lijst op te stellen met al je bezigheden, in volgorde van belangrijkheid. “Telkens je tussen twee of drie afspraken moet kiezen, toets je dit af aan de volgorde op je lijst. Zo vermijd je ook dat je je voortdurend schuldig voelt over de andere dingen die je mist, want je bepaalt zelf wat het belangrijkste is in je leven.”

Meer tips voor een lekker lang lui weekend:
– Maak geen to do lijst van al wat je moet doen, maar geef prioriteit aan een beperkt aantal dingen. Vraag jezelf af: ‘wat moet ik vanavond gerealiseerd hebben om tevreden te zijn over deze dag?’. Wil je liefst uitslapen of vroeg gaan sporten? Naar je ouders of met vrienden naar de film? Leg je op dat ene ding toe, en voel je niet schuldig over wat je niet gerealiseerd hebt.

– Bouw vaste routines in: reserveer bijvoorbeeld elke zaterdagochtend voor de supermarkt, en doe al je boodschappen in één keer. Zo hou je meer vrijheid over om de resterende tijd zelf vrij in te delen, en loop je niet voortdurend te denken aan wat je nog moet doen.

– Jezelf een weekend platte rust opleggen is voor de grootste stresskippen geen goed idee. “Als je lichaam voortdurend grote hoeveelheden stresshormoon produceert, kan je lijden aan afkickverschijnselen wanneer die plots wegvallen,” zegt Paul Koeck. “Mensen met een heel druk leven die plots geen prikkels meer krijgen, gaan zich vaak down en depressief voelen, alsof ze in een zwart gat vallen.” Langzaam afbouwen is in dat geval de boodschap.
“Probeer af en toe eens een kwartiertje helemaal niets te doen. Gewoon even in de sofa genieten van de rust.”

Met dank aan Dr. Paul Koeck van Coachteam, www.coachteam.com

Categorieën
pers

Verwerf charisma in 30 dagen – Kweek de uitstraling van een leider

Waarom gaan Bush, Blair en Poetin met de borst vooruit en met stevige energieke passen recht op hun doel af? Charismatische leiders stralen energie uit. Daardoor zijn ze aantrekkelijker en kunnen ze mensen motiveren voor de gekste doelen  (meestal zonder loonopslag). Wil u ook charisma? Dit stappenplan helpt u op weg.

D – 1 maand Begin met uw lichaam te trainen

Modeontwerper Giorgio Armani is 73 jaar. Hij sport elke ochtend anderhalf uur voor hij gaat werken. Bush en Sarkozy zijn bekende ochtendjoggers. Mensen die sporten, activeren hun witte spiervezels. Die zorgen voor de kaarsrechte houding die vertrouwen uitstraalt. Depressieve mensen daarentegen zitten en lopen ingedoken en voorovergebogen. Doe daarom dagelijks een uur aërobe sport – waarbij u rustig kunt blijven ademen – , maar bouw dat geleidelijk op. Begin de eerste dag met een rustige opwarming van vijf tot acht minuten, zodat uw hartslag binnen de opwarmingszone op de leeftijdsgrafiek hiernaast valt. Vervolgens traint u tien minuten aan een hartslag van ongeveer 180 min uw leeftijd (zie grafiek).

Schema voor hartslagtraining (© Dr. Paul Koeck)

Schema voor hartslagtraining

D – 29 dagen Geniet van uw lichaam

Gisteren hebt u na de opwarming tien minuten getraind. Vanaf vandaag verlengt u dagelijks uw trainingstijd met vijf minuten tot u aan vijftig minuten sporten komt. Begin vanaf vandaag ook te genieten van uw lichaam en van de dingen die u opmerkt tijdens het sporten. Gebruik uw vijf zintuigen om u rekenschap te geven van wat u omringt. Doe daarom bij voorkeur aan sport – kies iets wat u graag doet – in de natuur of in een mooie omgeving.

D – 20 dagen Train uw geest

Vandaag begint een nieuwe fase. De eerste tien dagen hebt u vooral uw lichaam getraind en werd u zich bewust van uw directe omgeving. Nu breiden we dat bewustzijn uit in de tijd: overloop tijdens uw sportuurtje de afgelopen 24 uur en bedenk alle kleine momenten waarover u zelf tevreden bent. Dat zal u innerlijke rust en energie geven, en u zult die uitstralen.

D – 15 dagen Werk aan uw sociale energie

Na twee weken werken aan onze eigen innerlijke energie, hebben we de fundamenten gelegd om charisma uit te stralen. Denk vanaf nu tijdens uw sportuurtje aan een medewerker, collega, of klant die u weldra zult ontmoeten en overloop alles wat u aan hem waardeert of zelfs bewondert. Die oefening zal ervoor zorgen dat u positieve energie naar hem uitstraalt. Hij zal voelen dat hij belangrijk voor u is en u zal verbaasd staan van wat u op termijn zal terugkrijgen. Let wel, dit werkt alleen als uw waardering authentiek is. Ons lichaam zendt immers non-verbale signalen uit als we erkenning, appreciatie of respect veinzen. Doe die oefening voortaan elke dag, telkens met iemand anders in gedachten die belangrijk is voor u.

D – 1 week Bouw charismatische energie op

De laatste week bouwt u een charisma op voor een specifieke gelegenheid of een vergadering van strategisch belang. Haal u tijdens uw fitnessuurtje de hoofdpersonen of de doelgroep die u charismatisch wil benaderen, voor de geest. Overloop wat u in hen waardeert of bewondert. Voel die appreciatie in uw eigen lichaam.

D – 6 dagen Draai een film af in uw geest

Herhaal de beelden en gevoelens van gisteren en maak in uw geest een film waarin u uzelf succesvol en empathisch naar de meeting en uw doelgroep ziet gaan. Zie uzelf glimlachen, met een diepe, gezonde, zelfverzekerde glimlach. Stel uw eigen doelstelling visueel voor, haal u uw klant of medewerker en uzelf voor de geest. Speel in uw hoofd de film af van hoe u graag wil dat de meeting verloopt. Speel het scenario zo vaak af tot u een goed gevoel hebt over de ontmoeting en de afloop. Neem wanneer u thuiskomt een blad papier en beantwoord schriftelijk volgende vragen:

  • Wat kan ik aan mijn klant/medewerker/baas waarderen? (minimaal 5 eigenschappen)
  • Hoe kan ik die appreciatie eerlijk laten blijken? (minimaal 3 manieren)
  • Welke is mijn kerndoelstelling?
  • Welke grens mag ik zeker niet overschrijden tijdens de onderhandeling? En waarom?
  • Op welke punten wil ik me wel flexibel opstellen?

Herhaal deze oefening de volgende dagen, maar beeld u nu ook in dat uw klant of medewerker tegenargumenten geeft. Blijf uw positieve gevoel voor hem als persoon houden, terwijl u in uw film diverse (respectvolle) reacties uitprobeert. Dat doet u tot u een goed antwoord hebt gevonden op zijn weerstand.

D – day Dwing succes af met uw acties

Vlak voor de vergadering waarin u charisma wil voelen en uitstralen, bereidt u zich twee tot drie minuten voor. Herinner u het aangename warme gevoel van uw (nu) gezonde lichaam. Herinner u de momenten van tevredenheid. Herinner u de waardering voor de persoon of groep die u zal ontmoeten. Focus daarna op het doel dat u met hen wil bereiken. Ga nu de meeting binnen met dat gevoel en die focus.

Tip van de vakman

“Als u tijdens het uurtje sporten traint met een hartslag van 180 min uw leeftijd, moet u bij wijze van spreken nog net in staat zijn om een gesprek te kunnen voeren zonder buiten adem te raken. Met die hartslag zal uw lichaam na 20 minuten aangenaam warm beginnen aan te voelen. Om krampen te vermijden kunt u best voor u vertrekt een tablet magnesium nemen en veel water drinken voor, tijdens en na het sporten. Na de oefening bolt u gedurende minimaal vijf minuten uit, bijvoorbeeld al wandelend. Vergeet niet eerst aan uw arts te vragen of het sportschema goed is voor uw gezondheid. Nog een laatste tip: vertel niemand dat u deze charismaoefening doet en u zult verbaasd zijn over het succes dat u binnen de maand oogst. Mail me gerust uw successen door. Ik zal ze met veel plezier lezen.”

Dr. Paul Koeck

Download het volledig artikel: (pdf) Verwerf Charisma in 30 dagen